SPAREN - 31.10.2019

Rente betalen op de spaarrekening is dichterbij dan gedacht!

Van sterk beweeglijke aandelenkoersen kijkt niemand meer op, maar een mogelijk negatieve spaarrente doet menig wenkbrauw fronsen. Moet de spaarder hiermee rekening gaan houden? En wat zijn de alternatieven om aan dit spookbeeld te ontsnappen?

ECB-beleid

De laatste maanden komen er steeds meer geluiden van bankiers zoals Ralph Hamers van de ING dat ze wellicht geld moeten gaan vragen aan hun spaarders. Een noviteit, echter verre van vreemd. Banken moeten immers zelf al een tijdje rente betalen als ze geld stallen bij de Europese Centrale Bank (ECB). Zeer recentelijk verhoogde de ECB dit percentage naar -0,5%. Dat banken dit vroeg of laat gaan doorrekenen, is dan ook niet meer dan logisch. In Zwitserland gebeurt dit al op grote schaal, terwijl ook in Nederland instellingen met grote vermogens al rente over hun tegoeden betalen. In andere landen daarentegen, zoals België, is een negatieve spaarrente bij wet verboden.

De echte boosdoeners

De verontwaardiging van de Nederlandse spaarders is begrijpelijk, maar voelt rationeel gezien toch een beetje vreemd aan.

Inflatie en belasting. Het rendement van een spaarrekening is immers al een lange periode zwaar negatief (-2 tot -3%). Vermogen op een spaarrekening wordt namelijk sterk uitgehold door de belasting over het forfaitair rendement en de jaarlijkse inflatie. Daar kan een mogelijk negatieve rente van pakweg -0,1 of -0,2% nog wel bij. De negatieve effecten van inflatie en belastingheffing tikken dus harder aan.

Wijziging op komst. De nieuwe belastingplannen bieden wellicht soelaas. Het voorstel komt erop neer dat vanaf 1 januari 2022 voor mensen met alleen spaargeld de eerste € 440.000 belastingvrij zullen zijn. Voor de spaarder klinkt dit als muziek in de oren en zal het wellicht de pijn van een negatieve rente ietwat verzachten.

Alternatieven

Een spaarder kan zijn geld natuurlijk altijd anders beleggen, maar dan komen wel hele andere risico’s om de hoek kijken. En laat het vermijden van risico nu juist de reden zijn dat veel mensen hebben gekozen voor een spaarrekening.

Buitenlandse banken. Banken in Zuid- of Oost-Europa vergoeden doorgaans hogere rentes dan banken in Nederland. De kans op terugbetaling van de inleg is minder zeker, alhoewel het depositogarantiestelsel natuurlijk geldt voor alle EU-banken. Laat het debacle met diverse IJslandse banken zoals Icesave in 2008 een waarschuwing zijn.

Obligaties. Het effectief rendement van obligaties van goede kwaliteit is veelal negatief. Zo levert een tienjarige staatslening van Duitsland jaarlijks -0,6% op. Obligaties van lagere kwaliteit (‘high yield’) kunnen wel nog een jaarlijks rendement tussen de 2 en 4% opleveren. Echter, ook hier geldt dat het risico op wanbetaling groter is. Bovendien dalen de obligatiekoersen als de rente weer stijgt.

Vastgoed. Een tweede woning wint rap aan populariteit. Mits courant en op een goede plek levert dit bezit ongetwijfeld een hoger rendement op (huur en waardestijging) dan sparen. U moet wel de tijd hebben (pakweg tien jaar), aangezien een woning niet op stel en sprong verkocht is en in waarde kan fluctueren. Uw geld is dus langere tijd niet beschikbaar en laat de directe beschikbaarheid van het geld nu een belangrijk argument voor spaarders zijn!

FP-advies

Begrijpelijk dat spaarders naar alternatieven zoeken. Wees er wel op bedacht dat de bijbehorende risico’s vaak zwaar onderschat worden. Als iemand spaart omdat beleggen te risicovol is, zijn de meeste alternatieven niet geschikt.

De belangrijkste oorzaken van negatief rendement op spaargeld zijn inflatie en belastingheffing. De aanpassing van de box 3-heffing zal veel spaarders tegemoetkomen. Spaarders die alternatieve beleggingen zoeken, moeten zich eerst afvragen welke risico’s voor hen aanvaardbaar zijn.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01