Blinde deur (matglas) moet worden verwijderd!

Wat speelde hierover bij de rechter?

Nieuwe voordeur. Jan woont al ruim dertig jaar ongestoord in zijn huis. Tussen zijn woning en die van zijn buurman Kees ligt een strook grond van 1,80 meter breed. Ze zijn ieder voor een deel eigenaar van deze grond. De voordeur van Jan bevindt zich aan deze kant van zijn huis. Als Kees gaat verbouwen, wordt door hem in de voorheen blinde zijgevel van zijn pand een nieuwe deur aangebracht. Deze komt recht tegenover de deur van Jan te liggen. De nieuwe deur wordt door Kees voorzien van matglas en is ondoorzichtig. Als Jan bezwaar maakt tegen de deur, zegt Kees dat hij deze alleen als nooduitgang zal gebruiken.

In strijd met de wet. Jan eist dat de voordeur wordt verwijderd. De nieuwe deur bevindt zich binnen een afstand van twee meter van de perceelsgrens en is daarom illegaal. In de wet staat duidelijk dat het niet geoorloofd is om binnen een afstand van twee meter van de grenslijn van een naburig erf vensters of andere muuropeningen te hebben voor zover deze uitzicht geven op het erf van de buurman (art. 5:50 lid 1 BW) . Deze bepaling staat in de wet om te voorkomen dat er inbreuk wordt gemaakt op de privacy. Dat is slechts anders als de buurman daar toestemming voor heeft gegeven. Dat dit hier niet het geval is, is wel duidelijk.

Geen inbreuk op privacy?

Matglas en gebruik in geval van nood. Kees stelt dat er geen sprake is van inbreuk op de privacy. De deur is voorzien van matglas en geeft geen uitzicht op het erf van Jan. Daarbij heeft hij al toegezegd om alleen in noodgevallen van de deur gebruik te maken.

Misbruik van recht? Daarbij vindt Kees dat Jan misbruik maakt van zijn eigendomsrecht. Zijn belang bij verwijdering van de deur valt in het niet bij het belang van Kees tot handhaving daarvan. In noodgevallen moet hij zijn woning zo snel mogelijk kunnen verlaten. Ook levert verwijdering van de deur voor hem een hoge kostenpost op.

Geen garantie voor de toekomst. Helaas voor Kees (en gelukkig voor Jan) ziet de rechter dat anders. De aanwezigheid van een deur binnen een afstand van twee meter van het perceel van de buurman is zonder diens toestemming niet toegestaan. Het maakt niets uit dat de deur voorzien is van matglas en niet wordt gebruikt. Dit sluit immers niet uit dat de deur in de toekomst wel zal worden gebruikt door Kees of door een opvolgende eigenaar. Dit hoeft Jan niet te tolereren.

Eigen schuld, dikke bult? Dat Jan misbruik maakt van zijn recht, gaat er bij de rechter niet in. Het pand van Kees is voorzien van een andere deur die goed als nooduitgang kan worden gebruikt. Het feit dat hij kosten moet maken om de deur weer te verwijderen, heeft hij aan zichzelf te danken. Hij heeft zelf opdracht gegeven om zonder toestemming van Jan de deur aan te brengen. Het belang van Kees tot behoud van de deur weegt niet op tegen het belang van Jan om ook in de toekomst van de mogelijkheid tot inkijk op zijn perceel gevrijwaard te blijven. Tip.  Het is beter om in overleg te treden en daarvoor toestemming te vragen. Laat daarvoor ‘voor akkoord’ tekenen.

Hoe oordeelt de rechter? De rechter oordeelt dat Kees de deur onmiddellijk moet verwijderen (ECLI:NL:GHAMS:2019:4087) . Ook moet hij € 3.126 aan proceskosten betalen. Al met al een erg kostbare deur!