AFTREKBARE KOSTEN - 09.06.2020

Hoeveel aftrek voor kosten werkruimte eigen woning?

Als u een werkruimte thuis gebruikt voor uw bedrijf, mag u hiervoor soms kosten aftrekken. De omvang van de aftrek hangt af van uw vermogen in box 3. Maar hoe berekent u precies deze aftrek en waar moet u dan op letten?

Vanuit huis werken. Ondernemers werken vaak helemaal of deels vanuit huis, zeker in deze coronatijd. In sommige gevallen kunt u daarvoor kosten van de winst aftrekken. Daarvoor gelden de nodige voorwaarden en uitzonderingen, terwijl ook de berekeningswijze nogal gecompliceerd is. Daarom heeft de Belastingdienst voor bezitters van een koopwoning onlangs in een besluit verduidelijkt hoe u de aftrek precies moet berekenen.

Werkruimte zelfstandig?

Voor het berekenen van de aftrek is eerst van belang of uw werkruimte zelfstandig is of niet. Fiscaal betekent dit of deze ruimte een eigen in- of opgang heeft, eigen sanitair heeft en of u deze ruimte dus ook aan een willekeurige derde zou kunnen verhuren. Zo niet, dan is aftrek niet mogelijk.

Werkruimte keuzevermogen?

De aftrek van kosten voor uw werkruimte hangt af van de omvang van uw vermogen in box 3. Echter alleen als de werkruimte keuzevermogen is én u besluit om de werkruimte als privévermogen aan te merken. Uw werkruimte is keuzevermogen als u de werkruimte meer dan 10% en niet meer dan 90% zakelijk gebruikt. In dat geval mag u namelijk kiezen of u de werkruimte als privé- of als ondernemingsvermogen aanmerkt.

Wanneer keuze? U kiest dit zodra u uw onderneming start of uw woning koopt. Deze keuze staat vast zo lang u uw bedrijf, dan wel uw woning in bezit heeft, dus denk hier goed over na. Ondernemers kiezen er meestal voor om een werkruimte als privévermogen aan te merken, omdat anders de waardestijging van de woning deels belast is als u deze verkoopt. Rekent u de werkruimte ook tot uw privévermogen, dan is aftrek alleen mogelijk als u voldoende inkomen in of vanuit uw werkruimte verdient.

Inkomenseis

Of u voldoende inkomen in of vanuit de werkruimte verdient, is afhankelijk van de vraag of u, naast de werkruimte thuis, elders ook nog een werkruimte heeft.

Elders ook werkruimte. Heeft u bijv. ook nog een apart bedrijfspand met een werkkamer, dan moet u minstens 70% van uw winst en eventuele overige inkomsten uit werk, in de werkruimte verdienen.

Elders geen werkruimte. Heeft u elders geen werkruimte, dan moet u minstens 70% van uw winst en eventuele overige inkomsten uit werk, inclusief uitkeringen zoals AOW en pensioen, in of vanuit de werkruimte verdienen. Ook moet u minstens 30% van deze inkomsten in de werkruimte verdienen. Let op.  Voldoet u niet aan deze eisen, dan heeft u helaas geen recht op aftrek van kosten vanwege de werkruimte.

Hoeveel aftrek?

Voldoet u wel aan alle hiervoor genoemde eisen, dan heeft u recht op aftrek van kosten vanwege de werkruimte. Deze aftrek is een percentage van de WOZ-waarde van uw werkruimte. Dit percentage is afhankelijk van de belastingheffing over uw vermogen in box 3. Sinds 2017 is dit geen vast percentage meer, maar is het afhankelijk van de omvang van uw vermogen. Hoe meer vermogen, hoe hoger de te betalen belasting, waarbij wordt gerekend met een oplopend forfaitair rendement.

Dat betekent ... Het uitgangspunt voor de aftrek van de werkruimte is dat deze bezitting zo veel mogelijk wordt toegerekend aan de hoogste schijf waarover het vermogen in box 3 in aanmerking wordt genomen. Tip.  Dit is gunstig, want deze berekeningswijze leidt tot een maximale aftrek. Een ander uitgangspunt is dat als de bezitting moet worden toegerekend aan het heffingsvrije vermogen, er vanaf 2017 gerekend wordt met het forfaitaire rendement van schijf 1 (2020: 1,79%).

Voorbeeld 1.U heeft een werkruimte met een waarde van € 10.000. De grondslag voor sparen en beleggen (bezittingen minus schulden minusheffingsvrij vermogen) in box 3 is € 20.000.

Uitwerking. De werkruimte wordt voor de berekening van de aftrek toegerekend aan schijf 1. Het voordeel uit sparen en beleggen ter bepaling van de aftrek is dan 1,79% x € 10.000 = € 179. U kunt € 179 als kosten van de winst aftrekken.

Voorbeeld 2.U heeft een werkruimte met een waarde van € 50.000. De grondslag sparen en beleggen in box 3 is € 110.000. De werkruimte wordt voor de berekening van de aftrek voor € 37.203 toegerekend aan schijf 2 (4,19%) en voor € 12.797 toegerekend aan schijf 1 (1,79%). Het voordeel uit sparen en beleggen ter bepaling van de aftrek is dan 4,19% x € 37.203 + 1,79% x € 12.797 = € 1.787. U kunt € 1.787 als kosten van de winst aftrekken.

Ook aftrek overige kosten

Naast de hiervoor berekende aftrek mag u in deze situatie ook bijkomende kosten van de werkruimte aftrekken. Denk hierbij aan energiekosten, behang- en schilderwerk, stoffering en aanwezige inventaris.

Werkruimte in box 3 en gevolgen

De werkruimte behoort overigens ook in box 3 en niet in box 1. Dit betekent dat u de WOZ-waarde van de werkruimte aangeeft in box 3, de hypothecaire schuld voor het deel van de werkruimte ook opvoert in box 3, voor dit deel niet meer de hypotheek in box 1 kunt aftrekken en ook het eigen woningforfait evenredig vermindert.

Voorkom correcties van de fiscus en breng kosten van een werkruimte alleen ten laste van de winst als u aan alle voorwaarden voldoet. In dat geval mag u voor de aftrek zo veel mogelijk uitgaan van het hoogste tarief van box 3. Vergeet ook de aftrek van alle bijkomende kosten (zoals energiekosten, schilderwerk, etc.) niet.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01