Wat levert de transitievergoeding bij ontslag netto op?

Coronatijd. Door de coronacrisis komen helaas ook in de horeca gedwongen ontslagen regelmatig voor. De werkgever moet dan wettelijk een transitievergoeding betalen. Deze is bruto en belast bij de werknemer. Hoeveel is hij daarvan kwijt en wat is daaraan te doen? Welke invloed heeft de transitievergoeding op eventuele toeslagen en is daar ook nog wat aan te doen? Veel vragen dus ...

Belastingeffecten

Over een transitievergoeding betaalt een ex-werknemer belasting in box 1. Tot een inkomen van € 68.507 is het tarief 37,35%, daarboven 49,5%. Hoeveel belasting hij kwijt is, hangt daarnaast af van de heffingskortingen, want hoe meer hij aan heffingskortingen krijgt, hoe minder belasting hij betaalt. Tot een inkomen van zo’n € 20.000 neemt de algemene heffingskorting nog toe, daarboven weer af. De arbeidskorting neemt zelfs toe tot een inkomen van zo’n € 35.000 en hoe hoger de heffingskorting, hoe minder belasting hij betaalt.

Middelen. Door de transitievergoeding kan het inkomen van de ex-werknemer in het jaar van uitbetalen een piek vertonen. Daardoor kan de per saldo te betalen belasting behoorlijk oplopen. Gelukkig kan hier in veel gevallen iets aan gedaan worden via de middelingsregeling. Deze komt er in het kort op neer dat ervan uitgegaan mag worden dat de inkomens van drie opvolgende jaren gelijkmatig zijn verkregen. Vervolgens wordt berekend wat dan de te betalen belasting over deze drie jaren zou zijn geweest. Het verschil krijgt men terug op een bedrag van € 545 na.

Voorbeeld.Uw werknemer heeft in 2019 (jaar één) een inkomen van € 40.000, in jaar twee vanwege een transitievergoeding € 80.000 en in jaar drie vanwege de werkloosheidssituatie een inkomen van € 30.000. Als de middelingsregeling gebruikt wordt, mag hij voor de te betalen belasting over deze drie jaren uitgaan van een inkomen van (€ 40.000 + € 80.000 + € 30.000) / 3 = € 50.000 per jaar. Normaal zou hij dan in drie jaar € 105.840 aan belasting betalen, maar door te middelen slechts € 105.170, een verschil van € 670. Dat is toch een hoop geld.

Toeslagen

Een transitievergoeding telt ook mee voor het recht op toeslagen. Zo leidt een hoger inkomen vaak tot minder toeslagen. In ons voorbeeld kan de transitievergoeding van € 40.000 tot minder kindgebonden budget en kinderopvangtoeslag leiden, maar niet tot minder huur- of zorgtoeslag, omdat daarvoor het inkomen te hoog is. Uitgaande van kinderopvang voor twee kinderen met ieder 100 uur opvang per maand, kan dit al gauw ruim € 5.000 op jaarbasis aan toeslagen schelen. Onthoud dat de invloed op toeslagen per persoon flink kan verschillen. Zo zal iemand zonder kinderen (ons voorbeeld) geen nadeel in toeslagen ervaren.

Terugbetalen voorkomen

De meeste werknemers die wel een nadeel in toeslagen ervaren, zullen willen voorkomen dat toeslagen achteraf terugbetaald moeten worden. Het is daarom in deze gevallen beter om de toeslagen stop te zetten op het moment dat de ontvangst van een transitievergoeding te verwachten is. Uiteraard is de omvang en het effect van de transitievergoeding daarbij van belang. Dit kan uw werknemer zelf eenvoudig via een proefberekening op de website van de Belastingdienst nagaan, zodat duidelijk is of stopzetting van de toeslagen nodig is. Overigens zal na ontslag en door een tijdelijk lager inkomen het recht op toeslagen waarschijnlijk juist weer toenemen.