PENSIOEN - 26.04.2021

Pensioen in eigen beheer voor de dga: wat bewaken?

De mogelijkheid van een pensioen in eigen beheer (PEB) voor de dga is in 2017 beëindigd. Wat is nu raadzaam om te bewaken? Wat nu met de nieuwe oudedagsverplichting (ODV)? Wat als de dga met pensioen gaat?

Opties dga-pensioen. Er is door de meeste dga’s voor gekozen de opgebouwde pensioenrechten bij de eigen BV (PEB) met een fiscale korting af te kopen. Vaak kon zo een roodstand bij de eigen BV worden afgelost. Voor wie dat bij gebrek aan middelen niet kon - dan zal het overbrengen van de pensioenrechten naar een professionele verzekeraar waarschijnlijk evenmin een optie geweest zijn - had twee mogelijkheden. Allereerst was het mogelijk om het PEB om te zetten in een oudedagsverplichting (ODV). Een tweede mogelijkheid was om het PEB gewoon als pensioen op de balans te laten staan, met de verplichting van een jaarlijkse actuariele waardering op basis van 4% rekenrente , echter zonder de mogelijkheid van een jaarlijkse dotatie (zoals dat tot 2017 uiteraard het geval was).

Oudedagsverplichting (ODV)

Omzetting tegen balanswaarde. Zoals gezegd, is de ODV een voormalig PEB, die in de periode 2017-2019 is omgezet. Deze omzetting vond plaats tegen balanswaarde, dat wil zeggen dat de (op de balans zichtbare) balanswaarde van het PEB werd omgezet in een ODV. Het verschil tussen deze (fiscale) waarde en de werkelijke (commerciële) waarde van het PEB verdween hierbij, ongetwijfeld tot opluchting van de meeste dga’s. Door de lage werkelijke rentestand, maar een verplichte rekenrente van 4% was de pensioenverplichting in nagenoeg alle gevallen niet meer voldoende om het pensioen te kunnen gaan uitbetalen. Maar met een ODV is de ondernemer hiervan verlost. Net zoals bij het PEB, dient ook de ODV jaarlijks opgerent te worden. Van belang voor de hoogte van deze oprenting is de marktrente van het voorafgaande jaar. Dit oprentingspercentage is opgenomen in artikel 12.3a Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011. Voor 2021 is deze - 0,382%.

Wat als de dga met pensioen gaat? Op het moment dat de dga besluit om met pensioen te gaan, dient de ODV tot uitkering te komen. De ODV dient binnen twee maanden na de AOW-datum in te gaan. Het van toepassing zijnde regime lijkt sterk op dat voor lijfrentes. De ODV moet namelijk ook in 20 jaar worden uitgekeerd. Ook hier mag de ODV eerder worden aangesproken, maar de termijn waarbinnen uitkeringen gedaan moeten worden, wordt dan verlengd, zodat ook in dit geval de uitkeringsperiode gerekend vanaf de AOW-datum 20 jaar is. In de uitkeringsperiode dient er te blijven worden opgerent. Daartoe wordt het aanwezige bedrag jaarlijks verminderd met het uitgekeerde bedrag, waarna het restant weer op de bekende manier dient te worden opgerent. Na het overlijden van de gerechtigde dienen de resterende termijnen over te gaan op de erfgenamen. Tip. Wie in al dit ‘gedoe’ geen zin heeft (en zeker bij kleinere bedragen kunnen de kosten er inhakken), heeft de mogelijkheid de ODV om te zetten in een (bancaire) lijfrente voorzover er liquiditeiten zijn.

Pensioen in eigen beheer (PEB)

Als een eerder in eigen beheer opgebouwd pensioen (PEB) niet eerder is afgekocht of omgezet in een ODV, blijven de gewone bekende regels gelden. Besef wel dat men de ‘korting’ bij afkoop inmiddels definitief kwijt is. Datzelfde geldt voor het verschil tussen de commerciële en de fiscale waarde van het PEB, iets dat bij de omzetting in een ODV aan de orde was. Maar dat kan een bewuste en goede keuze zijn geweest, afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden en het in de BV aanwezige vermogen.

Bewaak dat als de dga met pensioen gaat, de ODV binnen twee maanden na de AOW-datum moet ingaan. De ODV moet in 20 jaar worden uitgekeerd. In de uitkeringsperiode dient er ook te worden opgerent: voor 2021 is dit - 0,382%.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01