LIJFRENTE - 29.10.2021

Ook werkgever kan lijfrentepremie betalen

Als een werkgever de lijfrentepremie voor een werknemer betaalt, is er voor de toepassing van belastingverdragen sprake van een lijfrente.

Lijfrente in verdragen In diverse verdragen is een lijfrentedefinitie opgenomen, bijv. in het verdrag met Australië. Hieronder vallen de periodieke lijfrente-uitkeringen. Meestal is deze definitie opgenomen in artikel 18. Soms ontbreekt een dergelijke definitie echter.

Inkomen uit dienstbetrekking of lijfrente

Hof Arnhem-Leeuwarden (ecli:nl:gharl:2021:8090) moest onlangs beoordelen of een uitkering inkomen uit dienstbetrekking vormde of dat het om een lijfrente-uitkering ging. Een stichting voert een overbruggingsregeling voor profvoetballers in Nederland uit. Clubs kennen als werkgever een aanspraak op een overbruggingsuitkering toe aan voetballers die bij hen in dienst zijn. De club betaalt de stichting daarvoor maandelijks een fondspremie. Deze premies worden ingehouden op het brutoloon van de voetballers. Eén van de participerende voetballers woont in Australië op het moment dat hij een overbruggingsuitkering ontvangt. Om te bepalen welke staat er mag heffen, is het van belang om wat voor inkomsten het gaat.

Dienstbetrekking De fiscus stelt dat voor de toepassing van het belastingverdrag er geen sprake kan zijn van een lijfrente, omdat de aanspraak in het kader van de dienstbetrekking is opgekomen. Het hof verwerpt dit standpunt. De enkele omstandigheid dat een recht op uitkeringen opkomt in het kader van een dienstbetrekking, betekent niet dat er geen sprake kan zijn van een lijfrente. Uiteindelijk stelt het hof vast dat de club verplicht is de fondspremie in te houden op het loon van de voetballer. Vervolgens draagt de club deze premie af aan de stichting, maar toch komt de premie ten laste van de voetballer. De gehele premie is daardoor een werknemersbijdrage.Ten slotte stelt de fiscus dat men het begrip lijfrente moet uitleggen conform de Nederlandse belastingwetgeving. Omdat in deze zaak een onzekere gebeurtenis ontbreekt, telt de uitkering niet als een lijfrente-uitkering. Ook deze stelling verwerpt het hof. Men dient uit te gaan van de definitie van het begrip lijfrente van het verdrag. De verdragstekst zegt niet dat er sprake moet zijn van een wezenlijke onzekerheid. Dat deze onzekerheid vaak wel van relevant is voor de Nederlandse wetgeving, is hier niet van belang. Het hof oordeelt dat de overbruggingsuitkering kwalificeert als een lijfrente-uitkering. Nederland heeft dus geen heffingsrecht ten aanzien van de uitkering aan de in Australië wonende voetballer.

Indien er in internationale situaties sprake is van een lijfrente-uitkering, raadpleeg dan het verdrag!

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01