PATIËNTENRECHT - 29.08.2022

Moet een patiënt zijn medicijnen altijd zelf ophalen?

Een patiënt belt de praktijk: hij ligt ziek op de bank en is niet in staat zijn medicatie op te halen. Zijn hulp wil dat wel doen, maar krijgt bij de apotheek te horen dat zij deze niet meekrijgt. Wat zijn nu precies de regels voor uitgifte aan derden?

Toestemming vereist?

Toestemming. Met toestemming van de patiënt mag iedereen die door hem is gemachtigd (bijv. een partner, kennis, buurvrouw of hulp), geneesmiddelen bij de apotheek afhalen. In de apotheek moet de medewerker wel vragen of degene die de medicijnen (of andere informatie, zoals een medicatieoverzicht) afhaalt, daarvoor echt toestemming van de patiënt heeft gekregen.

Geheimhoudingsplicht. Als de apotheekmedewerker de patiënt of de afhaler kent of al eens gezien heeft, hoeft hij de identiteit niet meer te verifiëren. Is dat niet het geval, dan moet de medewerker deze wel checken. Medewerkers van een apotheek zijn namelijk gebonden aan geheimhouding op grond van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG), de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst en de privacywetgeving (WGBO). Dat betekent dat zij medische gegevens (zoals welke medicijnen een patiënt gebruikt) niet zomaar aan iemand anders mogen doorgeven en dat zij moeten nagaan dat ze de geneesmiddelen niet aan de verkeerde persoon meegeven.

Wat kan er misgaan?

Risico’s. De medewerker moet inschatten of uitgifte via anderen vertrouwd is en of er sprake is van bijzondere risico’s. Denk daarbij aan kinderen of personen waarvan bekend is dat zij geneesmiddelen (zouden kunnen) misbruiken. Ook moet de bijbehorende informatie goed kunnen worden overgebracht. Dit geldt vooral wanneer het een eerste uitgifte betreft. Daarbij wordt meegewogen of het om privacygevoelige informatie gaat.

Identiteit goed vaststellen

BSN gebruiken, maar niet vastleggen. Twijfelt de medewerker aan de identiteit van de persoon die namens de patiënt de medicatie afhaalt, dan mag de medewerker het burgerservicenummer (BSN) van de patiënt gebruiken en daarmee gegevens checken. De apotheekmedewerker mag aan degene die de medicatie voor de patiënt ophaalt, vragen om zijn identiteitsbewijs te laten zien, maar de medewerker mag op grond van de privacywetgeving het BSN van deze persoon niet in het bestand verwerken. Hij mag ook geen kopie maken van het identiteitsbewijs.

Check altijd voor de zekerheid. Bestaat er over de identiteit van de afhaler en/of over het uitwisselen van informatie enigerlei twijfel, dan is het verstandig om contact op te nemen met de patiënt of zijn verzorger, telefonisch of zo nodig via een huisbezoek.

Apotheken in soorten en maten

Internetapotheek. Natuurlijk zijn er verschillen tussen apotheken; er is geen standaard apotheek. Een internetapotheek waar de patiënt anoniem is, zal meer moeten doen voor verificatie dan een dorpsapotheek waar iedereen elkaar kent.

Uitgifteautomaat. De patiënt kan ook met de apotheker de afspraak maken dat de medicatie op een afgesproken adres wordt opgehaald. In dat geval kan de medicatie bij een uitgifteautomaat (medicijnkluis) of een ander servicepunt worden afgehaald. De automaat bevat de gereedgemaakte en op naam gestelde producten en is geschikt voor artikelen tot een bepaalde grootte. De toegang tot de automaat is beveiligd en alleen te openen met een door de patiënt ontvangen code.

Patiënten kunnen anderen machtigen medicatie voor hen bij de apotheek op te halen. De apotheekmedewerker moet, zeker bij twijfel, de identiteit checken van de ophaler. Benader de patiënt zelf (bijv. telefonisch) als er twijfel blijft bestaan, bijv. omdat deze persoon nog nooit namens de patiënt in de apotheek gezien is of vanwege zijn leeftijd.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01