BESLOTEN VENNOOTSCHAP - 12.03.2020

Eenvoudig rente besparen?

Aangifte 2019. Vanaf 1 januari 2020 betaalt u geen belastingrente als u uw Vpb-aangifte indient voor de eerste dag van de zesde maand na het tijdvak waarover de vennootschapsbelasting wordt geheven. Voorwaarde daarbij is wel dat de aangifte ongewijzigd wordt overgenomen door de Belastingdienst. Loopt het boekjaar 2019 van de BV gelijk met het kalenderjaar, dan moet u om belastingrente te voorkomen dus voor 1 juni 2020 uw aangifte 2019 hebben ingediend.

Belastingrente. De belastingrente voor de Vpb bedraagt 8% en wordt berekend over de periode van 1 juli tot zes weken na de datum op de aanslag. U doet bijv. op 3 juni 2020 aangifte over 2019. De Belastingdienst wijkt niet af van uw aangifte. U krijgt een aanslag van € 40.000 met de datum 31 juli 2020. U moet nu belastingrente betalen over de periode van 1 juli 2020 tot en met 11 september 2020 (zes weken na de datum van de aanslag). Omgerekend in dagen zijn dit 71 dagen. Voor de berekening van de belastingrente wordt iedere maand op 30 dagen gesteld en een jaar op 360 dagen. U bent nu aan belastingrente verschuldigd: 71/360 x 8% x € 40.000 = € 631.

Let op.  Doet de Belastingdienst er langer over dan drie maanden om een aanslag op te leggen en wordt er niet afgeweken van uw aangifte, dan wordt de renteperiode beperkt tot maximaal 19 weken na ontvangst van uw aangifte. Wordt er wel afgeweken van uw aangifte, dan eindigt de periode waarover rente wordt berekend zes weken na de aanslagdatum.

Voorlopige aanslag 2019. Indien het niet mogelijk is om voor 1 juni 2020 de aangifte in te dienen, kunt u ook verzoeken om een (nadere) voorlopige aanslag. U hoeft geen belastingrente te betalen als u voor 1 mei 2020 een (nadere) voorlopige aanslag aanvraagt en de Belastingdienst daarbij de voorlopige aanslag oplegt zoals u heeft gevraagd.

Definitieve aanslag. Bij het opleggen van de definitieve aanslag wordt de voorlopige aanslag verrekend. Er is dan alleen belastingrente verschuldigd over het bij te betalen bedrag. Let op.  Is de definitieve aanslag lager dan de voorlopige aanslag, dan wordt het verschil zonder rentevergoeding teruggegeven.