Cameratoezicht: veiligheid of privacy, wat is belangrijker?

Privacywetgeving. Op het verwerken van persoonsgegevens, zoals het registeren van personen op beeld, is de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) van toepassing. Deze wetgeving strekt tot bescherming van de privacy. Zo moet er altijd een wettelijke grondslag zijn bij de verwerking van persoonsgegevens.

Strenge eisen aan cameragebruik

Voor het gebruik van camera’s geldt er een aantal strenge eisen om binnen de kaders van de wetgeving te blijven.

• Gerechtvaardigd belang. Om persoonsgegevens te kunnen verwerken, moet u een gerechtvaardigd belang hebben (art. 6 lid 1 sub f AVG) , zoals het beschermen van uw eigendommen, goederen, gasten en personeel.
• Noodzakelijkheid. Daarbij moet het cameratoezicht noodzakelijk zijn. Hiermee wordt bedoeld dat u het doel (zoals het tegengaan van diefstal of het beschermen van uw gasten en personeel) niet op een andere manier kunt bereiken die minder ingrijpend is voor de privacy van de betrokkenen. Dit dient u eerst na te gaan. Let op.  Het cameratoezicht moet deel uitmaken van een totaalpakket aan maatregelen en mag dus niet op zichzelf staan. U mag cameratoezicht dus niet als enige maatregel gebruiken. Een andere maatregel kan bijv. het plaatsen van een alarminstallatie zijn.
• Privacytoets. Ook dient u de belangen van uw gasten en personeel af te wegen tegen uw eigen belangen. Hierbij kijkt u naar:

• wat de gevolgen zijn voor gasten en personeel;
• hoe ernstig de inbreuk is op de privacy van uw gasten en personeel;
• de (aanvullende) maatregelen die u heeft genomen om nadelige gevolgen voor gasten en personeel te voorkomen of te beperken.

Weging belangen. Als uw belangen zwaarder wegen, dan kunt u zich baseren op een gerechtvaardigd belang. Let op.  U mag geen geluidsopnames maken.

Actief informeren

Gasten. Voordat de gasten uw horecabedrijf betreden, moet u hen kenbaar maken dat er cameratoezicht is. Dit kan bijv. door het ophangen van een bordje met de reden voor het cameratoezicht.

Medewerkers. Heeft u medewerkers in dienst die mogelijk in beeld kunnen komen, neem dit dan expliciet op in de arbeidsovereenkomst en/of het personeelshandboek. Let op 1.  Heeft uw onderneming ook een ondernemingsraad of een personeelsvertegenwoordiging, dan moet deze altijd toestemming geven voordat er camera’s geïnstalleerd worden waarop personeel zichtbaar is. Let op 2.  U mag de camerabeelden niet gebruiken om uw werknemers te beoordelen op hun functioneren of aan te spreken op hun werk. Let op 3.  Voldoet u niet aan deze vereisten en heeft u toch camera’s hangen, dan heeft dit tot gevolg dat er sprake is van een inbreuk op de privacywetgeving. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) kan dan handhavend optreden en dit sanctioneren.

Bewaartermijn camerabeelden

U mag de camerabeelden niet langer bewaren dan noodzakelijk is. De richtlijn die de AP hiervoor hanteert, is een maximumtermijn van vier weken.

Geldt niet bij calamiteiten. Dit is anders als er een incident is vastgelegd, bijv. diefstal. In dat geval mogen de beelden bewaard worden tot het incident is afgehandeld.