WERKWIJZE BELASTINGDIENST - 26.10.2010

Een gunst is nu uw goed recht

Tijdlijn aanslagen. Zoals bekend, wordt uw inkomen belast. De fiscus legt u achtereenvolgens ten minste de volgende aanslagen op: een voorlopige en een definitieve aanslag. Na zes weken staat de aanslag ‘onherroepelijk’ vast. Dat houdt kortweg in dat u geen bezwaar meer kunt maken tegen de aanslag en dat de fiscus in principe niet nog meer belasting mag heffen.

Fout in uw nadeel. Stel nu dat u of uw boekhouder nadien toch nog een fout in uw nadeel opmerkt. U moet dan denken aan een vergeten post, zoals een aftrekpost of ingehouden voorheffing, of een onjuist ingevoerd cijfer. Het kan ook zijn dat de aanslag niet in overeenstemming is met rechtspraak of beleid van vóór het onherroepelijk worden van de aanslag. Let op. Het gaat daarbij niet om rechtspraak of beleid op de dagtekening van de aanslag, maar om rechtspraak of beleid op de datum waarop de aanslag onherroepelijk vaststaat.

Ambtshalve verzoek indienen. Als u zo’n fout in uw nadeel opmerkt, kunt u de inspecteur verzoeken de te veel geheven belasting aan u terug te geven. Dit is een ‘verzoek om ambtshalve vermindering’. In veel gevallen komt de inspecteur aan uw verzoek tegemoet. Doet hij dat niet, dan stond u met lege handen.

Bezwaar en beroep mogelijk! Met ingang van 2010 heeft u namelijk het recht om bezwaar te maken tegen de beschikking van de inspecteur waarin staat dat hij niet (geheel of gedeeltelijk) aan uw verzoek om een ambtshalve vermindering tegemoetkomt. U staat dan niet meer met lege handen. Tegen een afwijzende beschikking is dus voortaan bezwaar en beroep mogelijk.

Termijnen verlengd. Vanaf 1 januari 2010 geldt voor aanslagbelastingen, zoals inkomsten- en vennootschapsbelasting, dat het verzoek om ambtshalve vermindering binnen een termijn van zeven jaar na het einde van het kalenderjaar waarop de belastingaanslag betrekking heeft, moet worden gedaan. Voor aangiftebelastingen, zoals de loonheffing en de omzetbelasting, geldt een termijn van vijf jaar na het einde van het belastingjaar waarin de belastingschuld is ontstaan of waarop de teruggaaf betrekking heeft.