AUTO VAN DE ZAAK - 21.08.2015

Wie is de baas over de auto?

Wie met een auto van de zaak rijdt, krijgt een fiscale bijtelling. Zo ziet de fiscus dat. De Hoge Raad bekijkt het echter toch wat genuanceerder!

Waar is de rittenregistratie? De ondernemer en zijn personeel die met een auto of bestelauto van het bedrijf rijden, worden verondersteld die auto ook voor privéritten te gebruiken. Pas als bewezen wordt dat er in een jaar minder dan 500 kilometer privé gereden is, blijft de fiscale inkomensbijtelling achterwege. Kort gezegd: zonder sluitende rittenregistratie ‘hangt u’. Dat is de denkwijze van menig fiscalist en zeker van veel belastingambtenaren.

Maar ... Die fiscale bijtelling speelt als iemand de beschikking heeft over een (bestel)auto van de zaak. Bij een ondernemer zal dat ‘beschikken’ doorgaans wel het geval zijn. Hij is immers de baas over wat er met een auto van zijn eigen bedrijf gebeurt. Bij anderen is dat echter minder vanzelfsprekend.

Waddeneiland. Een hotel op een Waddeneiland beschikte over een Land Rover Defender. Die auto werd gebruikt voor het vervoer van hotelgasten en voor ‘safaritochten’ over het eiland. Daarnaast was er nog een tweepersoons Smart die verhuurd werd aan gasten en die incidenteel door medewerkers werd gebruikt voor vervoer naar vergaderingen. Er was geen rittenregistratie. ‘Kassa!’, dacht de controlerend ambtenaar. Voor beide auto’s pluste hij een fiscale bijtelling bij het loon van de medewerkers. Procedures volgden, tot en met bij de Hoge Raad, 29.05.2015 (HR:2015:1360) .

Wie bepaalt het gebruik? De Hoge Raad begon met zich af te vragen of de auto’s ‘ter beschikking’ van het personeel stonden. Dat moet de inspecteur bewijzen. Namens het hotel was aangevoerd dat de medewerkers nauwelijks konden beslissen voor welk doel zij de auto’s konden gebruiken. Het was hun verboden er andere dan zakelijke ritten mee te maken en dat verbod werd ook door de werkgever gecontroleerd. Bovendien bevond het hotel zich op een klein eiland waar weinig mogelijkheden tot privégebruik waren. De rechter vond dat de inspecteur daar weinig tegen inbracht. En dus gingen de belastingaanslagen van tafel. Dat er geen rittenregistratie was, was niet meer van belang.

Begint de Belastingdienst over de rittenregistratie, ga dan eerst na of er wel sprake is van een auto die ‘ter beschikking staat’. Dat moet de inspecteur bewijzen.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01