Transitievergoeding ontwijken?
Recht op transitievergoeding. Sinds de invoering van de WWZ heeft uw werknemer recht op een transitievergoeding als hij twee jaar bij een werkgever heeft gewerkt, en de werkgever het initiatief tot beëindiging heeft genomen. Let op. Vanaf 01.01.2020 ontstaat dit recht vanaf dag één.
Vervaltermijn van drie maanden. Als de werkgever de transitievergoeding niet (op tijd) betaalt, heeft de werknemer na de einddatum drie maanden de tijd om de rechter in te schakelen. Let op. Die termijn van drie maanden is een zogenaamde ‘vervaltermijn’, die niet te stuiten is. Als zo’n vervaltermijn verstreken is, vervallen daadwerkelijk alle rechten.
Leuk geprobeerd? Een werkgever probeerde de transitievergoeding van werkneemster Lidy te omzeilen door deze vergoeding niet op het normale moment (een maand na het einde van het dienstverband) te betalen. Lily werkte 16 jaar bij deze werkgever en had daardoor recht op een fikse transitievergoeding.
Wel zeggen, niet doen ... Haar werkgever informeerde haar dat er een eindafrekening zou volgen en dat ook de transitievergoeding zou worden betaald. Toen Lily na drie maanden informeerde wanneer de vergoeding zou worden overgemaakt, antwoordde de werkgever dat haar recht vervallen was omdat ze niet binnen drie maanden een procedure bij de rechter was gestart.
Toezegging. Uiteindelijk besliste Hof Den Haag (ECLI:NL:GHDHA:2019:2618) dat Lily inderdaad te laat is met het indienen van het verzoekschrift. Echter, er was geen meningsverschil tussen Lily en haar werkgever over de transitievergoeding. Het hof vindt het onaanvaardbaar dat de werkgever aan zijn verplichting kan ontkomen omdat Lily de vervaltermijn niet heeft gebruikt. Dat is volgens het hof geen goed werkgeverschap. Volgens het hof is de vervaltermijn bedoeld om onenigheid over de transitievergoeding op te lossen. Als er dus geen onenigheid is, is deze termijn niet de oplossing om onder de betaling uit te komen. Kortom: het hof veroordeelt de werkgever tot betaling van de transitievergoeding.