Niet vallen over enkele millimeters!

De aannemingsovereenkomst. Een collega-aannemer had een aannemingsovereenkomst gesloten met een opdrachtgever voor de bouw van een luxe villa. Nadat de benodigde vergunningen waren verkregen en alle bouwtekeningen klaar waren, kon met de bouw worden begonnen.

Problemen tijdens de bouw. Maar al tijdens de uitvoering van de bouwwerkzaamheden ontstonden er problemen tussen de aannemer en de opdrachtgever. Want nadat de door de opdrachtgever gekozen aluminium kozijnen in de bouw waren geplaatst, deelde de opdrachtgever mee daarmee niet akkoord te gaan. Volgens hem zou er niet meer dan 5 mm ruimte mogen zijn tussen het kozijn en het metselwerk, en op sommige plaatsen was dat wel 15 mm! Ook was volgens de opdrachtgever duidelijk het bouwplastic zichtbaar dat achter het kozijn was bevestigd. Dat zou afbreuk doen aan de hoge graad van afwerking van de woning, zoals de opdrachtgever die had voorzien.

Dan maar naar de rechter! De opdrachtgever eiste van de aannemer dan ook dat deze de kozijnen ‘op een deugdelijke manier’ opnieuw zou plaatsen. Maar de aannemer was het daar niet mee eens. Die vond dat er niets mis was met de geplaatste kozijnen. Hij stelde dat de opdrachtgever ervan op de hoogte was dat er een paar millimeter verschil kon zijn en daarom weigerde hij dan ook om in die richting verdere actie te ondernemen. Daarop stapte de opdrachtgever naar de rechter (Raad van Arbitrage, nr. 100.040).

Wat blijkt uit de stukken?

De rechter stelde allereerst vast dat nergens uit de aannemingsovereenkomst (of uit de daarbij behorende stukken) blijkt dat de ruimte tussen het kozijn en het metselwerk niet meer dan 5 mm mag zijn. Uit de detailtekeningen blijkt daarentegen dat daarop duidelijk een ruimte zichtbaar is van ongeveer 12 mm. Ook constateerde de rechter dat de opdrachtgever verschillende keren de showroom van de leverancier heeft bezocht. Bij de kozijnen die daar staan opgesteld, is duidelijk een ruimte zichtbaar tussen het kozijn en de ombouw die varieert van 9 tot 13 mm.

Onderzoek ter plaatse

Bij onderzoek op de bouwplaats stelde de rechter vast dat de gemiddelde afstand van de geplaatste kozijnen tot het metselwerk 10 tot 12 mm bedroeg. Dat was dus in overeenstemming met de detailtekeningen die door de opdrachtgever waren gezien en goedgekeurd. Slechts op enkele plaatsen bedroeg de afstand 15 à 16 mm. Maar dat had niets met de plaatsing van de kozijnen te maken, maar met de handvorm bakstenen die voor de bouw waren gebruikt. Deze handvormstenen waren nota bene door de opdrachtgever zelf uitgezocht! Ook de toegepaste EPDM-folie achter de kozijnen was volgens de rechter strak en op zorgvuldige wijze aangebracht.

Dus: deugdelijk werk afgeleverd!

De rechter kon dan ook niet anders dan concluderen dat de plaatsing van de kozijnen in overeenstemming met de aannemingsovereenkomst en de daarbij behorende stukken was uitgevoerd. Volgens hem had de aannemer goed en deugdelijk vakwerk verricht. Uw collega kon dus opgelucht ademhalen. Dit in tegenstelling tot de opdrachtgever die voor een bedrag van € 3.914,- alle proceskosten voor zijn rekening kon nemen!