BEROEPSPRAKTIJK - 11.04.2013

Toestemming hoeft gelukkig niet altijd schriftelijk

Uiteraard moet uw patiënt of cliënt instemmen met een onderzoek of een behandeling, maar ook met gegevensuitwisseling met anderen. Moet die toestemming altijd schriftelijk worden gegeven? Wanneer hoeft dat niet per se schriftelijk?

Wettelijke regels. De Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) en de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) eist dat patiënten/cliënten alleen kunnen worden onderzocht, behandeld, verwezen, etc. met hun ‘informed consent’. Dat geldt ook voor verstrekking van gegevens van de patiënt/cliënt aan derden.

Schriftelijk? Volgens de wet hoeft die toestemming niet schriftelijk te worden gegeven. Mondelinge toestemming is voldoende als die door de hulpverlener in het dossier van de patiënt wordt genoteerd. Uiteraard moet de patiënt voldoende zijn geïnformeerd én moet hij de kans hebben gehad om ‘nee’ te zeggen vóórdat hij de toestemming gaf. Let op. Informeren door alleen te verwijzen naar een folder of een website, zónder mondelinge informatie, is niet voldoende.

De toestemming wordt verondersteld

Uitwisseling. Toestemming is niet nodig als pa­­tiën­­tgegevens worden uitgewisseld tussen direct betrokken hulpverleners, zoals de huisarts en de fysiotherapeut naar wie eerstgenoemde verwijst. De toestemming van de patiënt voor het met de verwijzing meesturen of uitwisselen van relevante gegevens (dus niet het hele dossier!) mag dan worden verondersteld. Dat geldt ook voor noodsituaties, zoals een ongeval of een spoedgeval.

Schriftelijke toestemming

Soms tóch verstandig. Hoewel de toestemming niet schriftelijk hoeft, is het soms verstandig dit wel schriftelijk te vragen, bijv. als u verwacht dat er later nog discussie kan ontstaan. Of als het om ingrijpende, riskante of nieuwe/experimentele behandelingen gaat. Tip. Vraag uw patiënt de beschrijving van een behandeling goed door te lezen, check of hij nog vragen heeft en laat de beschrijving (gedateerd) ondertekenen.

Zomaar een paar voorbeelden

Zorgleefplan thuiszorg of verpleeghuis. Volgens het ‘Besluit zorgplanbespreking AWBZ-zorg’ hoeft het zorgplan niet schriftelijk en ondertekend te zijn. Het plan moet met de cliënt worden be­­spro­­ken én hij moet ermee instemmen (mondeling of schriftelijk). Tip. Maak een verslag van het ge­­sprek met de cliënt. Neem in dat rapport op dat de cliënt instemt en beschrijf wat er is afgesproken.

Landelijk Schakelpunt (LSP). Ook hier geldt dat de hulpverlener toestemming aan de patiënt moet vragen om gegevens via de verwijsindex (LSP) te kunnen uitwisselen. Daarvoor zal de hulpverlener (in 2013 eerst huisarts en apotheek) de patiënt om toestemming moeten vragen. Ook dat kan mondeling of schriftelijk. Die toestemming wordt in het elektronisch dossier aangekruist.

Eigen initiatief. De patiënt kan ook zelf contact met zijn huisarts en apotheek opnemen om toestemming te geven. Soms heeft hij bij een huisartsenpraktijk of een apotheek contact met meerdere artsen of assistenten. Dan kunnen de betrokkenen via een van hen toestemming vragen.

Minderjarige kinderen. Voor kinderen tot 12 jaar moet de ouder of voogd toestemming geven. Voor kinderen van 12 tot 16 jaar geldt dat zowel de ouder als het kind toestemming moeten geven.

Download de brochure: ‘Uw medische gegevens elektronisch delen’ van: http://tipsenadvies-medicus.nl/download (MD 06.03.02).

Schriftelijke toestemming van de patiënt/cliënt is wettelijk niet vereist. Zorg wél dat u uw patiënt helder informeert over de belangrijkste zaken waarvoor hij toestemming geeft. Alleen als de patiënt uw informatie begrijpt, kan hij instemmen. Vraag om zijn schriftelijke toestemming als u later discussie verwacht.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01