Geen risico met overplaatsen werknemer naar zusterbedrijf

Langdurig afwezig. Henk werkt al jaren als keyaccountmanager voor Hako BV. In die functie heeft hij contact met klanten en is hij verantwoordelijk voor acquisitie. Helaas voor Henk (en voor zijn werkgever!) is hij al enkele malen afwezig geweest in verband met langdurig ziekteverlof.

Overgeplaatst naar zusterbedrijf

Omdat Hako BV niet verzekerd is voor de loonkosten tijdens ziekte van haar werknemers besluit de directie om Henk onder te brengen bij een zusterbedrijf. De eerstvolgende maand ontvangt Henk dan ook een loonstrook waar bovenaan niet Hako BV als werkgever staat vermeld, maar de zuster-BV waarbij Henk voortaan in dienst is.

Niet mee ingestemd. Henk gaat niet akkoord met deze overplaatsing naar een andere werkgever. Zijn salaris is dan wel hetzelfde gebleven, maar de overplaatsing kan zijn rechtspositie aantasten omdat hij formeel gezien ineens in dienst is van een andere onderneming.

Andere functie. Daarbij moet hij na zijn vakantie tegen zijn zin de taken uitvoeren van een koude accountmanager. Dat is een andere functie dan die van een warme (key)accountmanager waarbij klanten worden bezocht. De accountmanager met de verantwoordelijkheid voor koude acquisitie betreft volgens hem een startersfunctie.

Puur administratief. Dit wordt door de directie betwist. Henk is alleen maar overgeplaatst omdat in tegenstelling tot Hako BV de zuster-BV wel verzekerd is voor loonkosten ingeval van ziekte. Het betreft louter een administratieve aanpassing waarbij Henk verloond wordt vanuit de zuster-BV.

Dezelfde taken

Ook heeft Henk nog steeds de functie van accountmanager. Tot diens taken en verantwoordelijkheden behoren relatiebeheer en het verwerven van nieuwe klanten. Zowel warme als koude acquisitie maken onderdeel uit van die functie. Wel geeft de directie toe dat na de vakantie van Henk zijn focus vooral kwam te liggen op koude acquisitie.

In strijd met de wet. De rechter stelt vast dat op de loonstrook van Henk voortaan de zuster-BV als werkgever staat vermeld. Het gaat dus om de overgang van de ene onderneming naar een andere onderneming. Dat betekent dat er feitelijk sprake is van opzegging van een arbeidsovereenkomst door de directie van Hako BV. Omdat de werknemer (Henk) hier niet schriftelijk mee heeft ingestemd zoals de wet voorschrijft (art. 7:671 lid 1 BW) , is er sprake van een niet rechtsgeldige opzegging.

Andere rechtspositie. Daarbij gaat het niet om een louter administratieve handeling. Door de overgang heeft Henk ook een andere positie gekregen. Als een van de BV’s failliet gaat, kan dat voor hem verschillende rechtsgevolgen hebben, afhankelijk van welke BV failliet gaat. Een terugkeergarantie naar Hako BV als de zuster-BV failliet gaat, heeft Henk niet gekregen.

Hoe oordeelt de rechter?

Rechtbank Rotterdam (ECLI:NL:RBROT:2019:694) oordeelt dat Henk als accountmanager nog steeds in dienst is van Hako BV. Als de directie het daar niet mee eens is, zal ze met Henk om tafel moeten gaan zitten om tot een voor iedereen aanvaardbare oplossing te komen.