BEDRIJFSHUUR - 24.02.2011

Brandpreventie een rookgordijn?

De overheid en de opstalverzekeraar schrijven vaak brandpreventieve maatregelen voor. Ook de verhuurder zal het prettig vinden als zijn pand goed beschermd is tegen brand, maar alles kost geld. Wie moet die rekening betalen?

Gebrek? Als een pand bepaalde voorzieningen mist, is het belangrijk te weten of daardoor sprake is van een gebrek. De verhuurder moet immers het gebrek herstellen tenzij de huurder het ontstaan van het gebrek veroorzaakte.

Da’s toch geen gebrek!

De wettelijke definitie van een gebrek luidt samengevat: ‘een staat of eigenschap waardoor de zaak aan de huurder niet het genot kan verschaffen dat de huurder bij het aangaan van de huurovereenkomst mag verwachten van een goed onderhouden zaak.’ Tip. Voor niet-woonruimten mag van deze definitie worden afgeweken waardoor minder snel sprake is van een gebrek. Ook is het bij niet-woonruimten toegestaan om het volledige onderhoud af te wentelen op de huurder.

En de bestemmingsomschrijving?

Wel of geen snackbar. Stel, u heeft een pand dat zeer geschikt is voor een snackbar. U gaat het pand dus verhuren als ‘snackbar’ en neemt dat ook op in de huurovereenkomst. U zult er dan voor moeten zorgen dat het pand geschikt is om te worden gebruikt als snackbar, want dat heeft u immers verhuurd.

U moet er dan ook voor zorgen dat aan alle overheidsvoorwaarden wordt voldaan!

Liever bedrijfsruimte bestemd voor ... Beperk de omschrijving van wat u heeft verhuurd zo veel mogelijk. Zo verkleint u het risico dat u bijv. voor brandpreventie moet zorgen. Neem dus liever in de huurovereenkomst op dat u ‘bedrijfsruimte’ verhuurt en dat deze bedrijfsruimte bestemd is om te worden gebruikt als snackbar. U hoeft er dan alleen voor te zorgen dat het gehuurde als bedrijfsruimte kan worden gebruikt; de huurder zal dan moeten zorgen dat zijn gebruik overeenkomstig de bestemming ‘snackbar’ is.

Let op. In de veelgebruikte ROZ-modellen wordt in artikel 1 van het model voor winkelruimten en kantoorruimten dit onderscheid bijvoorbeeld al gemaakt. Let daar dus goed op bij het invullen.

Wat hoort bij de bedrijfsruimte?

Als u heeft afgesproken dat u bedrijfsruimte (en dus bijvoorbeeld niet een snackbar, een café of een vuurwerkhal) verhuurt, dan is vervolgens de vraag wat tot het gehuurde behoort.

Alles wat erbij hoort. Neem nauwkeurig op wat wel en niet tot het gehuurde behoort, want ook dat is van belang voor de vraag wat er verhuurd wordt en waarvoor de verhuurder dus moet zorgen. Vaak wordt opgenomen dat de ruimte ‘casco’ wordt verhuurd, maar dat zegt natuurlijk niet alles. Als bijv. bepaalde voorzieningen wél aanwezig zijn, zult u gespecificeerd moeten opnemen dat deze voorzieningen niet tot het gehuurde behoren. Let op. In de algemene bepalingen ROZ-winkelruimten is opgenomen dat het basissprinklernet tot casco wordt gerekend. Wanneer u dat niet wilt, zult u dat moeten opnemen in de huurovereenkomst.

Goedkoop soms duurkoop. U kunt er natuurlijk voor kiezen om de hele brandpreventie neer te leggen bij de huurder, maar als eigenaar heeft u er natuurlijk ook belang bij dat dit goed gebeurt. Uw opstalverzekeraar zal dat immers ook verlangen. Sta daar dus ook bij stil; verzuimt uw huurder maatregelen te treffen, dan kunt u daar namelijk problemen mee krijgen.

Maak in de huurovereenkomst een duidelijk onderscheid tussen de omschrijving van het gehuurde en de bestemming. Dat kan namelijk veel schelen bij de vraag wie zorg moet dragen voor bepaalde brandpreventieve maatregelen.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01