GEZONDHEIDSRECHT - 12.06.2013

Dat kunt u me toch zó wel even vertellen ...

Onlangs deed TROS Radar uit de doeken hoe een secretaresse van een verzekeringsmaatschappij zich uitgaf als medisch adviseur en per telefoon medische informatie loskreeg van behandelaars. Hoe gaat ú om met dit soort verzoeken?

Pijler van vertrouwen

Wettelijke plicht. Op grond van de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (art. 7:457 BW) mag u gegevens van uw patiënt alléén aan derden verstrekken als de patiënt of diens vertegenwoordiger daarmee instemt. En aangezien een medisch adviseur een derde is, geldt ook dan dat een patiënt gericht toestemming moet geven. Zo doet u dat:

  • zorg dat u weet om welke informatie het gaat en voor welk doel de informatie nodig is;
  • vraag uw patiënt gericht om toestemming;
  • check of een eventuele machtiging van de patiënt overeenstemt met de gevraagde informatie;
  • overleg eerst met uw patiënt als de machtiging (veel) te ruim is of als u twijfelt of uw patiënt heeft begrepen waarover het gaat.

Tip. Geef de informatie waarom de derde vraagt aan uw patiënt zodat die zelf kan beslissen of hij de informatie al dan niet aan de derde doorstuurt.

Is de verzoeker wie hij zegt dat hij is?

Checken? Het is belangrijk om zeker te weten dat de verzoeker ook echt degene is die hij zegt dat hij is. Tip. Beantwoord telefonische verzoeken om informatieverstrekking over uw patiënt alleen als u bekend en vertrouwd bent met de verzoeker en u de toestemming van uw patiënt kunt veronderstellen. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om een behandelend hulpverlener van uw patiënt met wie u vaker contact heeft over de behandeling of begeleiding van uw patiënt. Let op. Check ook dan altijd of die informatie relevant is voor de andere hulpverlener, zeker als het om gevoelige informatie gaat.

En als u hem níét kent? Als u de verzoeker niet kent, bent u op grond van uw beroepsgeheim verplicht na te gaan met wie u van doen heeft. Vraag de beller of verzoeker daarom of hij zijn informatieverzoek schriftelijk kan toelichten aan de hand van gerichte vragen en met vermelding van het doel daarvan. Dit kan per brief, per fax of evt. per e-mail. Uit dit verzoek moet duidelijk worden om welke organisatie (briefpapier) en functionaris (ondertekening) het gaat. Tip. Check of de machtiging in orde is. Ontbreekt die of twijfelt u? Check dan of uw patiënt inderdaad toestemming geeft voor het verstrekken van deze informatie en of hij de (soms vergaande) gevolgen van het verzoek overziet. Dat is zeker noodzakelijk als het om informatieverstrekking aan derden voor een ander doel dan begeleiding of behandeling gaat.

Als de verzoeker onbevoegd blijkt ...

Geschonden vertrouwen. Als u informatie verstrekt aan een onbevoegde schendt u daarmee uw be­­roepsgeheim. Bijvoorbeeld omdat u telefonisch in­­formatie heeft verstrekt aan de beller die aangaf de huisarts van uw patiënt te zijn, maar die de ex-partner blijkt te zijn. Of aan die vertrouwensarts van het Advies- en Meldpunt Kindermishande­­ling die een buurman blijkt te zijn. Of een medebehandelaar die de gevraagde informatie helemaal niet nodig heeft voor zijn behandeling van de patiënt.

Klachtwaardig. Uw patiënt kan, als u informatie heeft verstrekt aan een onbevoegde waardoor hij in een lastige situatie terecht is gekomen, een klacht tegen u indienen via de klachtenfunctionaris of de klachtencommissie waarbij u bent aangesloten. Ook kan de patiënt zijn klacht voorleggen aan het het tuchtcollege.

Verstrek alleen telefonisch informatie over een patiënt als de verzoeker u bekend is én uw patiënt daarmee instemt, al heeft ingestemd of u dat mag veronderstellen. Vraag in alle andere gevallen om een schriftelijk informatieverzoek met gerichte vragen en een duidelijk doel. Doe bij twijfel altijd eerst navraag bij uw patiënt.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01