PRO RATA - 30.08.2023

Kredietverlening telt mee voor de pro rata-aftrek btw

Een bedrijf houdt zich bezig met de exploitatie van onroerend goed, maar ook met het verstrekken van leningen aan andere vennootschappen. Deze andere vennootschappen en het bedrijf vormen geen fiscale eenheid btw.

Onterecht afgetrokken btw De Belastingdienst legt na een boekenonderzoek naheffingsaanslagen btw op, omdat er bij het bepalen van de aftrekbare btw niet of onvoldoende rekening gehouden is met het aandeel van de vrijgestelde prestaties. Ook rente op geldleningen, bankdeposito’s en rekening-courant zijn namelijk een tegenprestatie voor het verlenen van krediet. Het verlenen van krediet is een voor de btw vrijgestelde prestatie.

Pro rata-berekening

Maakt een btw-ondernemer kosten voor een belaste activiteit, dan is de btw op deze kosten 100% aftrekbaar. Hebben de kosten betrekking op een vrijgestelde activiteit, dan is de btw niet aftrekbaar. In het geval de kosten zowel betrekking hebben op belaste als op vrijgestelde prestaties, de zogenaamde ‘algemene kosten’, zal de btw-aftrek in beginsel vastgesteld worden aan de hand van de pro rata-methode, dat wil zeggen op basis van omzetverhoudingen. Het percentage van de btw-aftrek wordt dan als volgt berekend: btw-belaste omzet/totale omzet. De zogenaamde ‘pro rata-berekening’ drukt uit hoeveel procent van de omzet per jaar (exclusief btw) van de handelingen is waarvoor recht op aftrek bestaat, ten opzichte van de totale omzet per jaar (exclusief btw) van een onderneming.

Berekening volgens werkelijk gebruik

Er kan alleen van het werkelijke gebruik worden uitgegaan als dit objectief en nauwkeurig kan worden vastgesteld. Alleen als met objectieve gegevens onderbouwd kan worden dat de berekening van de btw-aftrek op basis van werkelijk gebruik, zoals m² of gebruiksuren, tot een nauwkeuriger resultaat leidt, moet de btw-aftrek van algemene kosten bepaald worden op basis van het werkelijk gebruik. Het bedrijf heeft in deze casus alleen een schatting van de tijdsbesteding ingebracht, dit is volgens Hof Amsterdam (ecli:nl:ghams:2023:1194) onvoldoende bewijs van het werkelijk gebruik.

Kredietverlening niet bijkomstig

Bij het bepalen van de pro rata kan slechts een klein deel van de ontvangen renteopbrengsten buiten beschouwing blijven. De kredietverlening kan niet als bijkomstig worden aangemerkt gezien de omvangrijke opbrengst en daarvoor ingekochte diensten.

Beroep op bankenresolutie gaat niet op

Het bedrijf kan geen beroep doen op het in de bankenresolutie (nr. 282-15703 uit 1982) opgenomen beleid, omdat dit alleen geldt voor banken. Hierdoor zijn de naheffingsaanslagen terecht opgelegd.

Verstrekken leningen binnen concern

Het komt geregeld voor dat btw-ondernemers aan gelieerde ondernemingen of vennootschappen geld verstrekken en daarvoor onderling een rente afspreken. Denk ook aan rekening-courantverhoudingen. De renteopbrengst moet worden opgeteld bij de totale omzet. Hierdoor ontstaat er een totale omzet die onderscheiden moet worden in omzet die is behaald met btw-belaste prestaties en omzet die is behaald met btw-vrijgestelde prestaties om de aftrek van btw te kunnen bepalen. Dit geldt niet als de leningen binnen een fiscale eenheid btw worden verstrekt.

bz advies

Heeft een btw-ondernemer meerdere bedrijfsactiviteiten waarbij ten minste met een van deze activiteiten zowel belaste als vrijgestelde omzet wordt behaald? Beoordeel dan of ten aanzien van deze specifieke bedrijfsactiviteit(en) berekening van de btw-aftrek op basis van werkelijk gebruik mogelijk is en tot een hogere btw-aftrek leidt. Hiervoor dient wel een objectieve en nauwkeurige berekening aan ten grondslag te liggen. Bij het verstrekken van leningen kan gedacht worden aan een urenverantwoording waaruit blijkt dat niet veel tijd was gemoeid met de vrijgestelde prestatie van het vertrekken van leningen ten opzichte van de btw-belaste activiteiten.