NOTARIS - 13.11.2023

Onduidelijke voorwaarden voor recht van gebruik en bewoning

In een testament kan een legaat worden toegekend houdende het recht van gebruik en bewoning van het woonhuis. Aan dat recht kunnen voorwaarden zijn verbonden. Wat als deze voorwaarden op verschillende wijzen kunnen worden uitgelegd?

Testament met erfstelling en legaat

Ongehuwde samenwoners. Henk en Trees wonen ruim 30 jaar ongehuwd samen in een huis dat eigendom is van Henk. Omdat Trees zelf over een eigen vermogen beschikt, heeft Henk een testament gemaakt waarin hij zijn broers en zussen tot zijn erfgenamen benoemt. Aan Trees wordt een legaat toegekend houdende het levenslang recht van gebruik en bewoning van het huis en de inboedelgoederen en een bedrag van € 22.500.

Bijzondere bepalingen. In het testament staat dat Trees recht heeft op een vergoeding als ze de woning binnen vijf jaar verlaat en als ze niet wordt opgenomen in een verpleeg- of verzorgingstehuis. De hoogte van deze vergoeding is afhankelijk van de waarde van de woning en van de duur dat Trees in de woning heeft gewoond, maar zal nooit hoger zijn dan € 36.000. De vergoeding is vier maanden nadat ze de woning heeft verlaten, opeisbaar. Een aanleunwoning wordt niet gezien als een verpleeg- of verzorgingstehuis.

Bedrag opeisbaar ?

Zorgappartement. Kort nadat Henk is overleden, verhuist Trees naar een zorgappartement dat onderdeel is van een woonzorgcentrum. Na vier maanden eist ze betaling van € 36.000 door de erfgenamen.

Zorgtehuis? De erfgenamen weigeren te betalen. Het appartement is onderdeel van een zorgcentrum. Dit betekent dat Trees in een zorgtehuis woont en dus geen recht heeft op betaling van de geldsom.

Uitleg van het testament

Omdat het onduidelijk is of het zorgappartement moet worden gezien als opname in een verpleeg- of verzorgingstehuis, moet het testament van Henk op dit punt worden uitgelegd. Daarbij moet worden gelet op de verhoudingen die de erflater in het testament wilde regelen en op de omstandigheden waaronder het testament is gemaakt (art. 4:46 lid 1 BW) .

Verzorgingsgedachte staat voorop. Tijdens hun relatie is het testament door Henk opgesteld. Hij werd door Trees verzorgd en toen al maakte ze gebruik van externe zorg en huishoudelijke hulp. Uit de legaten blijkt dat Henk haar goed verzorgd achter wilde laten. Uitgaande van deze verzorgingsgedachte is een strikt formele uitleg van de zinsnede ‘verpleeg- of verzorgingstehuis’ niet op zijn plaats.

Nog zelfstandig genoeg. Trees heeft weliswaar een appartement dat deel uitmaakt van een woonzorgcentrum maar ze heeft een eigen adres, dit in tegenstelling tot de bewoners van het centrum. Haar appartement heeft ook een eigen ingang en ze betaalt zelf de gemeente- en waterschapsbelasting. Trees heeft het appartement zelf ingericht en ze heeft ook zelfstandig haar benodigde huishoudelijke hulp en zorg, zoals een eigen huisarts, geregeld. Ook heeft ze dezelfde hulp en zorg die ze ook al in de woning van Henk had. Daarbij is vastgesteld dat ze niet de zwaarste zorgindicatie heeft en dat ze geen behandeling ontvangt.

Hoe oordeelt de rechter?

Uit deze feiten en omstandigheden leidt de rechter (ECLI:NL:RBZWB:2023:2023) af dat Trees niet in een verpleeg- of verzorgingstehuis woont. Bovenop het bedrag van € 22.500 moeten de erfgenamen haar ook nog € 36.000 betalen.

Aan het recht van gebruik en bewoning in een testament kunnen voorwaarden worden verbonden. Het is raadzaam om deze voorwaarden zo duidelijk mogelijk te omschrijven, zodat daarover geen misverstand kan ontstaan. Als er onduidelijkheid is, kijkt de rechter ook naar de bedoeling van de erflater.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01