PENSIOEN - 18.04.2024

Werknemer vordert deelname RVU in cao, maar vangt bot bij de rechter

Een werknemer wil deelnemen aan de Regeling Vervroegde Uittreding. Waarom wees de rechter zijn eis af? Wat moet u weten?

Regeling Vervroegde Uittreding (RVU)

In een procedure - aangespannen bij Rechtbank Noord-Holland (ECLI:NL:RBNHO:2023:10041)  - vordert een werknemer van de werkgever dat hij deel mag nemen aan de RVU uit de cao. Het komt uiteindelijk neer op de vraag of de functie van de werknemer een zwaar beroep is in de zin van de regeling. De kantonrechter wijst het beroep van de werknemer af. Waarom?

Wat was er aan de hand? De werknemer, geboren in 1958, is sinds 1 juni 1977 in dienst bij de werkgever. Hij is in 1977 begonnen als afdelingshulp bij een bejaardencentrum. De huidige functie van de werkgever is adviseur III bij de afdeling staf diensten en services, met een salaris van € 4.286,78 bruto per maand, exclusief emolumenten. Op de arbeidsovereenkomst is de Cao Verpleeg-, Verzorgingshuizen, Thuiszorg en Jeugdgezondheidszorg 2022-2023 (CAO VVT) van toepassing. De CAO VVT kent een RVU. De werknemer komt voor deelname aan de RVU in aanmerking als deze ten minste 45 jaar in de sector zorg en welzijn heeft gewerkt, waarvan minimaal 20 jaar in een zwaar beroep. Niet ter discussie staat dat de werknemer ten minste 45 jaar in de zorgsector heeft gewerkt. In de CAO VVT staat hoe een werknemer dat moet aantonen (artikel 7.3.5). Dat kan door het overleggen van het overzicht van Mijn PFZW, opleidingsdocumenten, arbeidsovereenkomsten, loonstroken, personeelsadministratie of andere documenten.

Kern van de zaak: zwaar beroep? Volgens de werkgever is de functiebeschrijving van de door de werknemer vervulde functies bepalend voor de vraag of er sprake is van een zwaar beroep. Volgens de werknemer gaat het daarentegen om de daadwerkelijk verrichte werkzaamheden. De werknemer meent dat hij een zwaar beroep heeft gehad, omdat hij bij de instelling feitelijk altijd meewerkend is geweest. In de cao staat uitdrukkelijk dat functies van meewerkende hoofden en meewerkende coördinatoren onder de definitie van zwaar beroep vallen en dat de functies van niet-meewerkende hoofden/coördinatoren daar niet onder vallen. Volgens de rechter bevat de cao geen aanknopingspunten dat de daadwerkelijk verrichte werkzaamheden de graadmeter zijn voor het zware beroep. Ook bepaalt hij dat de taken en verantwoordelijkheden die vermeld staan in de functieomschrijving, bepalend zijn. Deze zijn immers ook bepalend voor de functie-indeling, de functiewaardering en het daaraan gekoppelde salaris. De rechter neemt in de overweging mee dat er wel is aangegeven hoe er moet worden aangetoond dat een werknemer ten minste 45 jaar in de sector heeft gewerkt, maar niet hoe er moet worden aangetoond of daarvan een aantal jaren is gewerkt in een zwaar beroep. Het had voor de hand gelegen als het criterium van het zwaar beroep was gedefinieerd aan de hand van het verrichte werk en er ook zou zijn aangegeven hoe dat moet worden vastgesteld. Dat pleitte voor de stelling van de werkgever dat het gaat om de functiebeschrijving.

Voor meer informatie over de RVU, ga naar https://www.tipsenadvies.nl , Download Zone, jaargang 30, nr. 4.

Tijdelijke wet tot en met 2025

De Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen loopt tot en met 31 december 2025. Werknemers die vanaf 1 januari 2026 drie jaar voor de AOW-gerechtigde datum zitten, kunnen niet meedoen met de regeling. Het is nog niet duidelijk of de wet wordt verlengd na december 2025.

Het is aan te raden de voorwaarden van deelname aan de RVU zo duidelijk mogelijk te formuleren om discussies daarover te voorkomen. Daar was in deze zaak discussie over (zwaar beroep of niet). Het is, bij ons weten, de eerste zaak waarbij er over deelname aan de RVU wordt geprocedeerd.


Uw volgende stap


Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01