DGA btw-ondernemer af, wat nu?
Zoals verwacht, heeft het Europese Hof van Justitie op 18 oktober jl. geoordeeld dat een directeur-grootaandeelhouder die uitsluitend salaris ontvangt uit zijn eigen BV, niet langer btw-ondernemer is. Wat betekent dit nu in de praktijk?
Standpunt Hoge Raad. Sinds 26 april 2002 nam Nederland het standpunt in dat een directeur-grootaandeelhouder (DGA) voor de btw zelfstandig economische activiteiten verricht, ondanks de aanwezigheid van een arbeidsovereenkomst. Dit betekende dat de DGA voor zijn salaris een factuur met btw naar zijn eigen BV moest sturen. Dit standpunt is nu door de Europese rechter in het Van der Steen-arrest verworpen.
Veel DGA’s hebben destijds een fiscale eenheid voor de btw met hun eigen BV aangevraagd. Nadeel hiervan is dat de DGA persoonlijk aansprakelijk is voor de btw-schulden van de BV. Met verwijzing naar het arrest kan gesteld worden dat een DGA geen btw-ondernemer meer is en dus geen onderdeel meer kan uitmaken van een fiscale eenheid. De bestaande fiscale eenheid dient schriftelijk te worden beëindigd, waardoor de DGA niet langer meer hoofdelijk aansprakelijk is.
Niet in alle gevallen btw-ondernemer af. Deze uitspraak betekent echter niet dat een DGA in alle gevallen geen btw-ondernemer meer is. U kunt nog wel btw-ondernemer zijn door bijv. de verhuur van een bedrijfspand aan de BV.
Hoe nu verder?
Gerechtshof Amsterdam heeft destijds de vraag voorgelegd aan het Europese Hof van Justitie. Zolang deze rechter nog geen uitspraak heeft gedaan of de staatssecretaris een Besluit heeft uitgevaardigd, kunt u als DGA nog kiezen voor de regeling die het meest gunstig voor u is.
Investeringsgoederen. Bij de aanschaf van investeringsgoederen kan nu nog een acuut voordeel worden behaald. Een DGA die van plan is om bijvoorbeeld een woning of een auto aan te schaffen die zowel ‘zakelijk’ als privé zal worden gebruikt en die deze woning of auto wil etiketteren als ondernemingsvermogen, heeft er belang bij om nog als btw-ondernemer aangemerkt te worden.
Hij kan dan namelijk de btw op de aanschaf van de woning of de auto nog in aftrek brengen. Dit kan een reden zijn de investering te versnellen.
Correctie privégebruik ontlopen. Daarnaast zijn er DGA’s die het btw-ondernemerschap per direct willen beëindigen.
Bijvoorbeeld omdat de btw op de aanschaf van een nieuw woonhuis in aftrek is gebracht met een beroep op het arrest Charles en Charles-Tijmens en er straks de eerste privécorrectie moet worden gemaakt. Dit speelt bij de slotaangifte, dus in januari 2008 (zie T&A Belastingen, jg. 12, nr. 4, p. 6, 22.03.2007).
Tip. De DGA zal dus actie moeten ondernemen om het (eventuele) btw-voordeel optimaal te benutten. Door de uitspraak kan mogelijk een financieel voordeel worden behaald door veel DGA’s. Met name de DGA’s die reeds gebruik hebben gemaakt van het btw-vrij (vakantie)wonen, zullen als beste uit de bus komen.
Naheffing afgetrokken voorbelasting?
Uit de rechtspraak kan worden afgeleid dat de in het verleden in aftrek gebrachte voorbelasting door een DGA niet door de fiscus kan worden teruggevorderd, terwijl er vanaf heden geen heffing meer tegenover staat.
Tevens kan op basis van het vertrouwens- en rechtszekerheidsbeginsel door het standpunt van de Hoge Raad en de daaropvolgende Besluiten, gesteld worden dat het naheffen van de in het verleden in aftrek gebrachte btw niet mogelijk is.