Zonder betaling geen sleutel!
Indien u als aannemer niet wordt betaald, kunt u het zogenaamde ‘retentierecht’ in stelling brengen. Hoe werkt dat goed? En: hoe zit dat als uw schuldenaar daarna failliet gaat? Wat staat er in de wet en wat is handig om te doen?
Geen sleutels overhandigen. Het zal u als ondernemer bekend zijn dat u zaken die eigendom zijn van iemand anders, niet hoeft af te geven als die andere persoon nog een schuld aan u heeft. Een garagehouder die een auto heeft gerepareerd waarvan de eigenaar de kosten niet wil betalen, hoeft de sleutels van de auto niet af te geven totdat de nota geheel is voldaan. Hetzelfde geldt voor een aannemer die voor een opdrachtgever een woonhuis of bedrijfspand heeft gebouwd. Zolang de opdrachtgever de laatste bouwtermijn niet heeft betaald, kan de aannemer de bouwhekken gewoon om het pand laten staan en hoeft hij de sleutels niet aan de opdrachtgever te overhandigen.
Boter bij de vis
Deze mogelijkheid om afgifte van zaken van een ander op te schorten totdat die ander zijn schuld heeft voldaan, wordt met een juridisch woord ook wel het ‘retentierecht’ van de bezitter genoemd. Dit retentierecht is natuurlijk niet meer dan logisch. “Boter bij de vis” zou je kunnen zeggen. Als je een prestatie hebt geleverd, is het niet meer dan normaal dat je daarvoor ook netjes betaald wordt zoals is overeengekomen.
Hij zit dat bij faillissement?
Misschien minder bekend is echter het feit dat iemand die op basis van het retentierecht een zaak van een ander in bezit heeft (met een juridisch woord ook wel ‘retentor’ genoemd), óók sterk staat als de schuldenaar failliet gaat. De wet zegt dat ingeval van faillissement alle schuldeisers gelijke rechten hebben (behalve natuurlijk de fiscus en de bank). Dat geldt echter níet voor een retentor.
Door het faillissement van de schuldenaar gaat het retentierecht namelijk niet verloren. Dat blijft gewoon in stand.
De keus is aan de curator. Als de schuldenaar failliet is, zal de curator contact opnemen met de retentor. Uiteraard zal deze moeten toestaan dat de curator inzage in zijn administratie heeft om zijn vordering en het retentierecht te kunnen controleren. Als dat allemaal in orde is, heeft de curator twee mogelijkheden:
- de curator kan de zaak opeisen en zelf verkopen. Als de verkoop is afgerond, wordt de vordering van de retentor vóór alle andere schuldeisers uit de opbrengst van de zaak voldaan; de retentor heeft dus een voorrangspositie boven alle andere schuldeisers;
- de curator kan óók besluiten om zelf de vordering aan de retentor te voldoen; daardoor vervalt het retentierecht en wordt de zaak door de retentor overgedragen aan de curator.
Anders: zelf actie ondernemen
De curator bepaalt zelf welke keuze hij maakt. Dat zal afhankelijk zijn van de te verwachten opbrengst bij de verkoop van de zaak. Als de curator te lang wacht met zijn beslissing, kan de retentor hem daarvoor een redelijke termijn stellen. Hij zal immers willen weten waar hij aan toe is.
Tip. Reageert de curator niet binnen die termijn, dan mag u als retentor zélf actie ondernemen. U mag dan de zaak van de failliete schuldenaar die u in bezit heeft, verkopen. Uit de opbrengst daarvan mag u uw vordering voldoen. Maar uiteraard zult u het restant van de koopprijs (het meerdere van de opbrengst boven uw vordering) naar de bankrekening van de curator over moeten maken.