Obligaties van opkomende landen?
Beleggen in obligaties is een lastige klus op dit moment. Het behoort eigenlijk het veiligere deel van uw portefeuille te zijn. Maar, zijn staatsobligaties wel veilig? Waar liggen er mogelijkheden?
Rendementen uit het verleden ...
Kwaliteit. Wie de afgelopen jaren heeft belegd in obligaties van goede kwaliteit kan in zijn algemeenheid terugzien op een goed rendement. Zo was 2008 het jaar van de staatsobligaties; de belegger meed immers elke vorm van risico. De explosieve vraag naar zekerheid zorgde voor een forse koersstijging. Het jaar 2009 kunnen we omschrijven als de comeback van de bedrijfsobligaties, toen beleggers in de gaten kregen dat de risicopremie wel erg sterk was opgelopen.
Risicovol? In 2010 blijkt beleggen in obligaties opeens niet meer zo eenvoudig. Diverse staatsleningen bleken toch meer risico te bevatten dan gedacht, terwijl het rendement op bedrijfsleningen fors afnam door de sterk gedaalde risicopremie. Hoe stelt u nu een degelijke obligatieportefeuille samen die nog een aardig rendement oplevert ook?
Samenstelling portefeuille
De basis (60%). Eerst de basis. Die wordt gevormd door ongeveer 60% van uw obligatieportefeuille. Deze basis behoort nog steeds te bestaan uit een paar degelijke staatsleningen. Kies bij staatsleningen voor landen met de hoogste zekerheid, de zogenaamde ‘triple A-leningen’. Momenteel is er een aantal kernlanden waar u met een gerust hart in kunt beleggen. Finland, Nederland, Duitsland en Oostenrijk hebben hun financiën goed op orde en zullen niet snel afstevenen op Griekse taferelen. Qua effectief rendement hoeft u echter niet veel te verwachten. Een 10-jarige Nederlandse staatslening levert u krap 3% op.
Aanvulling (30%). Een breedgespreid mandje solide bedrijfsleningen vormt een welkome aanvulling.
Laat dat ongeveer 30% van uw obligatieportefeuille zijn. Let op een tweetal zaken: brede spreiding en goede kwaliteit. Minimaal een tiental verschillende bedrijven is aan te raden, terwijl u geen lagere rating dan triple B mag accepteren. Qua rendement mag u nu denken aan 3,5 tot 4%.
Opkomende landen
Hoger rendement. Wilt u een hoger rendement op uw obligaties met een acceptabel risico, dan biedenstaatsleningen van landen als Brazilië, China en India zeker mogelijkheden. Wij horen u al denken: dit zijn toch opkomende landen waar je als belegger veel grotere risico’s loopt? Dit is maar ten dele waar; er zijn genoeg argumenten om te veronderstellen dat deze risico’s in de nabije toekomst zullen afnemen. Zo zijn de overheidsfinanciën van veel opkomende landen beter op orde dan van menig westers land. Door het gevoerde monetaire en fiscale beleid is de kredietwaardigheid de laatste jaren sterk verbeterd. Bovendien worden de groeiverwachtingen op de lange termijn ondersteund door solide fundamentele factoren zoals positieve demografische groei, economische hervormingen, beter bestuur en toenemende industrialisatie. Redenen te over om vertrouwen te hebben in deze nieuwe economieën.
10% in leningen van die landen. Wilt u nu reeds inspelen op de toekomst, dan is een belang van ongeveer 10% in deze regio’s aan te bevelen. Het is raadzaam dit te doen door aankoop van een beleggingsfonds. Bijvoorbeeld het ING(L) Renta Fund Emerging Markets Debt. Ook het Pictet - Emerging Debt Fund is een prima keuze. Laatstgenoemd fonds kent een omvang van ruim 5 miljard euro. De laatste drie jaar bedroeg het jaarlijks rendement gemiddeld 14%.