Optimale verdeling investeringsaftrek bij horeca-Vof

2014. Als u dit jaar niet meer dan € 306.931,- investeert, heeft u recht op de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA). Dat geldt ook als u in een samenwerkingsverband zit, zoals bij de Vof. Het aftrekpercentage neemt bij de KIA af naarmate de investering in omvang toeneemt en bedraagt maximaal 28%.

Het totaal telt. Voor de bepaling van het aftrekpercentage wordt uitgegaan van de investeringen van de Vof als totaal. Vervolgens moet de totale aftrek in gedeeltes aan iedere vennoot worden toegerekend. Daarbij is zorgvuldigheid geboden.

Winstverdeling volgen?

Uitgangspunt. Uitgangspunt is dat u bij de verdeling van de aftrekverdeling de winstverdeling volgt. Is de winstverdeling binnen uw Vof dus bijvoorbeeld 20-20-60, dan is dit ook het uitgangspunt voor de toerekening van de aftrek.

Afwijken? U kunt afwijken van dit uitgangspunt en de aftrek dus anders onder de vennoten verdelen. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:

1. alle vennoten passen dezelfde verdeling toe;
2. de verdeling wordt toegepast op alle vormen van investeringsaftrek (milieu-, energieaftrek);
3. de verdeling wordt toegepast op alle investeringen door de vennootschap;
4. bij desinvesteringen moet dezelfde verdeling worden toegepast;
5. voor de afwijkende verdeling moet een verzoek worden ingediend bij de fiscus, vóórdat de aanslag van een der vennoten vaststaat;
6. de verdeling is redelijk.

Wat is een ‘redelijke verdeling’? De voorwaarde dat de afwijkende verdeling ‘redelijk’ moet zijn, is weer eens voor diverse uitleg vatbaar. Daarom heeft de fiscus in een besluit aangegeven welke verdelingen in ieder geval als redelijk worden aangemerkt. Dit betreft een verdeling volgens:

• de kapitaalsverhouding;
• het aandeel in de stille reserves;
• de aandelen in de winst;
• een verdeling in gelijke delen.

Bij een andere verdeling moet u aantonen dat deze, gezien uw omstandigheden, redelijk is.

Wat is het voordeel?

Tariefsvoordeel inkomstenbelasting. Het profijt van de aftrek hoeft niet voor iedere vennoot hetzelfde te zijn. Zo kan bijvoorbeeld één der vennoten ook nog andere inkomsten hebben en daardoor in een hoger tarief vallen. Zijn rendement van de aftrek is dan groter.

Of nadeel. Aftrekposten, zoals hypotheekrente of zorgkosten, kunnen er juist voor zorgen dat het rendement lager is. Een andere verdeling van de aftrek dan die volgens de normale winstverdeling, kan er dan voor zorgen dat er een groter gezamenlijk fiscaal voordeel resulteert. Vennoten die een groter deel van de aftrek ontvangen, zullen de andere vennoten hiervoor soms moeten compenseren, maar dat is een zaak van afspraken maken.

Échte partners … In samenwerkingsverbanden tussen echtgenoten of partners zal dit punt overigens veel minder van belang zijn, gezien het gezamenlijke voordeel. Vooral binnen de bekende samenwerkingsverbanden tussen echtgenoten en partners kan het daarom raadzaam zijn de verdeling van de investeringsaftrekken af te laten wijken van de winstverdeling.