ONDERNEMERSCHAP - 29.04.2015

Opvolger van VAR stevig in de steigers

De VAR te populair. ‘VAR’ staat voor ‘Verklaring arbeidsrelatie’. Een VAR-winst is een verklaring van de Belastingdienst die gewild is bij zowel de opdrachtnemer als de opdrachtgever. In de praktijk komen er veel schijnzelfstandigen bij; dit wil de overheid stoppen.

Hoe het kaf van het koren scheiden? In september 2014 is de overheid gekomen met het voorstel van de ‘Beschikking geen loonheffingen’, waarin de webmodule van de Belastingdienst een sleutelrol zou hebben. Er zou een vragenlijst ingevuld moeten worden door de opdrachtnemer, waarvan een reeks antwoorden door de opdrachtgever gecontroleerd moest worden. Veel organisaties voorzagen een enorme lastenverzwaring. Ze verzetten zich tegen de plannen en zijn met een alternatief plan gekomen dat de staatssecretaris nu overneemt. Het plan houdt in dat er met standaardcontracten gewerkt gaat worden.

Standaardcontractensysteem. Er komen standaardcontracten die door de Belastingdienst zijn gecontroleerd. Als opdrachtgever en opdrachtnemer zo’n contact gebruiken, kunnen ze ervan uitgaan dat er geen loonbelasting en premies worden nageheven. Voorwaarde is dat ze zich aan de inhoud van het contract houden. Het systeem zal ingaan op 1 januari 2016, zo is de bedoeling.

De regels in 2015. Zolang het nieuwe systeem nog niet is ingevoerd, blijft het VAR-systeem van toepassing. Dit houdt in:

• de VAR blijft dit jaar (2015) gelden;
• de VAR-winst uit 2014 geldt ook voor het jaar 2015. Hiertoe heeft de Belastingdienst besloten omdat de VAR gaat verdwijnen. Deze opdrachtnemer hoeft geen actie te ondernemen als hij dezelfde soort werkzaamheden is blijven doen;
• de opdrachtnemer die in 2015 andersoortige werkzaamheden opstart (anders dan vermeld is in zijn VAR-winst) en de opdrachtnemer die in 2015 opstart als zzp’er moeten in 2015 actie ondernemen en een VAR-winst aanvragen.