EIGEN WONING - 22.12.2022

Paardenbak, stallen en wei wel aanhorigheid bij de eigen woning

Op 13 oktober 2022 heeft Rechtbank Gelderland beslist dat een paardenbak met stallen en weidegronden zijn aan te merken als aanhorigheden bij de eigen woning van de belanghebbende.

De casus Een man is sinds 1986 eigenaar van een woning met een perceeloppervlakte van 6.500 vierkante meter en deze wordt bewoond door hem, zijn echtgenote en zijn volwassen dochter. De echtgenote is paardenliefhebster en de dochter is actief in de landelijke paardensport. In 2008 heeft de man naast en achter de woning percelen bijgekocht met een oppervlakte van in totaal 13.365 vierkante meter. Op deze percelen is in de periode 2008-2010 een accommodatie voor het houden en trainen van paarden gebouwd. De accommodatie omvat een binnenbak met 13 stallen, een keuken met zitgelegenheid, een stapmolen, een longeerbaan, een buitenbak, een wasbak, diverse paddocks en zes weidegronden. De totale kosten voor de paardenaccommodatie bedroegen € 1.088.477 die volledig gefinancierd zijn met een hypothecaire lening.De accommodatie is enerzijds bereikbaar via de oprit die naast de woning en de achtertuin ligt en anderzijds via de oprit die naast de woning tot aan de buitenbak loopt. De paardenaccommodatie heeft geen zelfstandige aansluiting op nutsvoorzieningen en het riool. De eigenaar had de intentie om de paardenaccommodatie bedrijfsmatig te gaan exploiteren, maar kreeg daarvoor van de gemeente geen omgevingsvergunning omdat er ten minste 50 paardenstallen aanwezig moesten zijn voor een levensvatbare onderneming. Vervolgens heeft de eigenaar de paardenaccommodatie voor privédoeleinden van zijn echtgenote en dochter gebruikt.

Het geschil

In geschil is of de paardenbak met stallen en de weidegronden zijn aan te merken als een aanhorigheid in de zin van artikel 3.111 lid 1 van de Wet inkomstenbelasting 2001.In de fiscale wetgeving wordt het begrip aanhorigheden niet nader gedefinieerd. De Hoge Raad heeft beslist (ecli:nl:hr:1993:zc5412) dat er sprake is van een aanhorigheid indien een gebouw behoort bij, in gebruik is bij en naar de omstandigheden beoordeeld dienstbaar is aan de (eigen) woning. Wil er sprake zijn van een aanhorigheid, dan moet er dus cumulatief worden voldaan aan een drietal voorwaarden.

Standpunt eigenaar De adviseur van de eigenaar is van mening dat de paardenaccommodatie als aanhorigheid bij de eigen woning moet worden beschouwd vanwege de goede bereikbaarheid vanuit de woning, de vergelijkbare bouwstijl en het feit dat de paardenaccommodatie geen zelfstandige aansluiting op de nutsvoorzieningen en het riool heeft. Vanwege dit standpunt heeft de eigenaar de betaalde hypotheekrente ten aanzien van zowel de woning als de paardenaccommodatie (tezamen: eigen woning) afgetrokken als betaalde rente voor de eigen woning in box 1. Volgens de adviseur is er geen sprake van winst uit onderneming, omdat er niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor een bron van inkomen. De dochter is met haar landelijke paardensportactiviteiten niet in betekenende mate buiten de familiesfeer getreden waardoor er geen sprake is van deelname aan het economisch verkeer. Tevens is er, gelet op de hoogte van de investering in de paardenaccommodatie, met haar hobbyachtige activiteiten ook redelijkerwijs geen voordeel te verwachten.

Standpunt inspecteur De belastinginspecteur is van mening dat de paardenbak met stallen en de weidegronden niet zijn aan te merken als aanhorigheid in de zin van artikel 3.111 lid 1 van de Wet inkomstenbelasting 2001.

Rechtbank Gelderland

De rechtbank (ecli:nl:rbgel:2022:5768) oordeelt dat de paardenaccommodatie is aan te merken als aanhorigheid bij de eigen woning, omdat er aan alle drie de vereisten van de door de Hoge Raad gegeven definitie wordt voldaan. De paardenaccommodatie behoort bij de eigen woning, omdat het in éénzelfde bouwstijl is gebouwd en het zich in directe nabijheid van de woning bevindt (voorwaarde één). Het is in gebruik bij de woning, omdat enkel de bewoners (de echtgenote en de dochter) van de eigen woning paarden houden, verzorgen en trainen (voorwaarde twee). Tot slot is de rechtbank van mening dat tot de functies van een woning niet alleen de gelegenheid tot slapen, eten en verblijf behoren, maar dat daar ook het bieden van gelegenheid tot het uitoefenen van hobby’s behoort en daarmee wordt er ook voldaan aan het laatste vereiste. Het beroep van de belanghebbende is gegrond.

bz-advies

Indien er wordt voldaan aan de door de Hoge Raad gestelde voorwaarden voor een aanhorigheid, kan de betaalde rente worden afgetrokken in box 1 op grond van artikel 3.120 lid 1 van de Wet inkomstenbelasting 2001.

Volgens de Hoge Raad hoort een aanhorigheid bij de eigen woning als de aanhorigheid hoort bij, in gebruik is bij en naar omstandigheden beoordeeld dienstbaar is aan de (eigen) woning.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01