DEELNEMINGSVRIJSTELLING - 28.02.2024

Nadere uitleg over oorzakelijk verband bij verkoopkosten

Kosten zijn pas onder de deelnemingsvrijstelling vallende verkoopkosten als er een rechtstreeks oorzakelijk verband bestaat tussen deze kosten en de verkoop van een deelneming.

Deelneming Kwalificeert het belang van een holding in een andere vennootschap eenmaal als een deelneming, dan is in principe de deelnemingsvrijstelling van toepassing. Grofweg gezegd is er sprake van een deelneming als het belang minstens 5% bedraagt. Heeft de holding ook een schuldvordering op het lichaam, dan maakt deze schuldvordering eveneens deel uit van de deelneming. Als de bezittingen van het lichaam doorgaans voor meer dan 50% bestaan uit beleggingen, kan er sprake zijn van een zogeheten ‘beleggingsdeelneming’. Voordelen uit een beleggingsdeelneming vallen niet onder de deelnemingsvrijstelling, maar onder de deelnemingsverrekening.

Deelnemingsvrijstelling

Als gevolg van de deelnemingsvrijstelling blijven de voordelen die de holding uit de deelneming ontvangt en de waardestijgingen van de deelneming, onbelast. Daartegenover staat dat waardedalingen van deze deelneming bij de holding niet aftrekbaar zijn. De wet bepaalt bovendien dat de kosten in verband met de aankoop en verkoop van een deelneming evenmin aftrekbaar zijn.

Uitgezonderd Overigens zijn bepaalde voordelen uitgesloten van de toepassing van de deelnemingsvrijstelling. Dit zijn voordelen uit hoofde van een deelneming voor zover deze voordelen bestaan uit:

  • vergoedingen van of betalingen door het lichaam waarin de holding de deelneming houdt voor zover deze rechtens dan wel in feite (in)direct aftrekbaar zijn voor een winstbelasting. Als zo’n vergoeding of betaling van de kostprijs van de deelneming wordt afgeboekt, rekent de Belastingdienst een even groot bedrag tot de winst van de holding;
  • ontvangsten die dienen als vervanging van gederfde of te derven vergoedingen of betalingen zoals hiervoor beschreven.

Toekenning van afscheidsbonussen

Het is niet altijd even duidelijk wanneer er sprake is van aan- en verkoopkosten van een deelneming. Zo had een BV in een zaak voor de Hoge Raad haar aandelen in drie dochtervennootschappen aan een derde verkocht voor in totaal ruim € 30 miljoen. Twee van deze dochtervennootschappen waren in het buitenland gevestigd. De derde dochtervennootschap was gevestigd in Nederland. In verband met de verkoop kent de BV het voltallige personeel van de verkochte vennootschappen afscheidsbonussen toe. De hoogte van de afscheidsbonus is afhankelijk van de diensttijd, het salaris en het functioneren van de desbetreffende werknemer. Het totale bedrag aan afscheidsbonussen bedraagt zo’n € 1,5 miljoen.

Aftrek van afscheidsbonussen De moedervennootschap van de BV betrekt de toegekende afscheidsbonussen in de loonheffing. Vervolgens betaalt een andere groepsvennootschap de afscheidsbonussen uit aan de werknemers. De BV trekt dit bedrag af van haar fiscale winst over het boekjaar 2015/2016, maar de inspecteur is het niet eens met deze aftrek. Deze merkt de afscheidsbonussen aan als verkoopkosten voor een deelneming. Wanneer de BV in beroep gaat, sluit Rechtbank Gelderland aan bij het standpunt van de Belastingdienst (ecli:nl:rbgel:2022:2387) . Vervolgens stapt de BV naar de Hoge Raad.

Geen verkoopkosten

De Hoge Raad (ecli:nl:hr:2023:1793) oordeelt dat men uitgaven moet aanmerken als aan- of verkoopkosten van een deelneming als er een rechtstreeks oorzakelijk verband bestaat tussen de uitgave en de aankoop respectievelijk verkoop. Van zo’n rechtstreeks oorzakelijk verband is sprake als er zonder de aan- of verkoop de kosten niet zouden zijn gemaakt. De aanwezigheid van zo’n verband dient naar objectieve maatstaven te worden beoordeeld. Meer specifiek stelt de Hoge Raad dat de kosten zijn gemaakt omdat deze - objectief bezien - nuttig of nodig zijn om tot de aankoop of vervreemding te komen. Kosten die zonder aan- of verkoop niet zouden plaatsvinden, maar op geen enkele wijze kunnen bijdragen aan de totstandkoming van de aan- of verkoop, zijn geen aan- of verkoopkosten. In deze casus zijn de afscheidsbonussen wel uitgekeerd vanwege de verkoop van de deelneming, maar zij faciliteren de aandelenverkoop niet. Het zijn daarom geen verkoopkosten, maar aftrekbare kosten.

bz-advies

De Belastingdienst gaat er soms vanuit dat kosten kwalificeren als kosten van de verkoop van een deelneming als deze kosten zonder deze verkoop niet waren gemaakt. Maar deze omstandigheid is onvoldoende om te kunnen spreken van verkoopkosten. De kosten moeten namelijk ook noodzakelijk of op zijn minst nuttig zijn voor de verkoop.

Leg voor de zekerheid vast wat de reden is voor het toekennen van een bonusbetaling aan het personeel.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01