RECHT VAN DE BOUW - 31.05.2016

Algemene voorwaarden gelden niet, arbiter niet bevoegd!

Aan welke voorwaarden moet worden voldaan om uw algemene voorwaarden van toepassing te verklaren op het contract? Hoezo heeft de opdrachtgever (sinds 1 januari jl.) een maand bedenktijd? Wat zegt de rechter? Wat nu?

Verbouwingsproblemen. Collega-aannemer Toon heeft met Piet een overeenkomst gesloten voor de verbouwing van zijn woonboerderij. Na oplevering weigert Piet de laatste bouwtermijn te betalen. Toon schakelt de Raad van Arbitrage (RvA) in.

Op de overeenkomst zijn de Algemene voorwaarden voor aannemingen in het bouwbedrijf 1992 (AVA 1992) van toepassing. Daarom moet de RvA daarover beslissen. Maar Piet is het daar niet mee eens. Hij wil naar de ‘gewone rechter’ omdat hij denkt dat hij daar meer kans van slagen heeft. Daarom betwist hij dat de AVA 1992 van toepassing zijn. Hij stelt dat hij nooit een exemplaar van deze algemene voorwaarden heeft ontvangen.

Voor ontvangst getekend

Toon vindt dat onzin. In de opdrachtbevestiging staat duidelijk dat op de overeenkomst de AVA 1992 van toepassing zijn. Dat wordt ook nog eens bevestigd in het bijbehorende bestek. Toon stelt dat Piet de ontvangst van de AVA 1992 heeft bevestigd door ondertekening van de overeenkomst. Daarin staat duidelijk dat de AVA 1992 zijn bijgevoegd.

Ergens tussenin. Helaas voor Toon vindt de arbiter van de RvA dat niet voldoende. De aanvaarding van de AVA 1992 door Piet is geen afzonderlijke overeenkomst maar slechts een bijzinnetje ergens halverwege een door Piet te tekenen stuk. Op dezelfde dag zijn er meerdere schriftelijke stukken getekend. De aandacht en interesse van Piet zal vooral gericht zijn geweest op de technische omschrijving van het bestek en op de bouwtekeningen. Dat er ook nog verwezen wordt naar de AVA 1992 kan hem gemakkelijk zijn ontgaan.

Geen ander bewijs. De arbiter is er dan ook niet van overtuigd dat er een schriftelijk exemplaar van de AVA 1992 uiterlijk bij het ondertekenen van de overeenkomst aan Piet is overhandigd. Toon kan geen ander bewijs overleggen dan de verwijzing in de orderbevestiging en de ondertekening van de overeenkomst. Dat betekent dat Piet de AVA 1992 onderuit kan halen.

Zwarte lijst! Daar komt nog bij dat er sprake is van een contract tussen een professionele partij (Toon) en een consument (Piet). Sinds 1 januari 2016 is het ‘arbitraal beding’ (dus dat een arbiter over geschillen beslist) op de ‘zwarte lijst’ geplaatst. Dus is het arbitraal beding voor een consument onredelijk bezwarend is. Dat is slechts anders als deze een maand bedenktijd heeft gekregen om te beslissen of hij al dan niet het arbitraal beding aanvaardt. Maar dat moet dan wel duidelijk blijken (schriftelijk vastgelegd en getekend)!

Wat heeft de bouwrechter nu beslist?

Oordeel arbiter. Voor de arbiter is niet bewezen dat de AVA 1992 tijdig aan Piet zijn overhandigd. Ook is duidelijk dat Piet geen maand bedenktijd heeft gehad om te beslissen of hij al dan niet akkoord gaat met het arbitraal beding. Daarom stelt de arbiter, Raad van Arbitrage Amsterdam, 07.04.2016 (nr. 35.709) , vast dat de AVA 1992 niet van toepassing zijn en dat hij dus niet bevoegd is om het geschil tussen Toon en Piet de beoordelen. Dat laat hij over aan de gewone rechter. Toon mag € 1.541,- aan arbitragekosten betalen.

Wijs uw opdrachtgever uitdrukkelijk op uw algemene voorwaarden en overhandig hem tijdig een schriftelijk exemplaar. Laat hem voor acceptatie en ontvangst tekenen. Voor de geldigheid moet u een maand bedenktijd geven voor aanvaarding dat hij akkoord is met de afspraak dat de bouwarbiter bevoegd is.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01